Formuleren zinsbouw

Formuleren hoofdstuk 2 
Hoe schrijf je in aantrekkelijke taal? 



Deel 2: Zinsbouw 
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 21 slides, with text slides.

Items in this lesson

Formuleren hoofdstuk 2 
Hoe schrijf je in aantrekkelijke taal? 



Deel 2: Zinsbouw 

Slide 1 - Slide

Tips zinsbouw 
1. Varieer in zinsopbouw. 

Standaard zinsbouw Nederlands: 
Onderwerp - persoonsvorm - ander zinsdeel (opa) 

Je slaagt voor het eindexamen vwo wanneer je gemiddeld een voldoende haalt voor alle vakken van het centraal examen. 

Slide 2 - Slide

Tips zinsbouw 
1. Varieer in zinsopbouw. 

Wissel opa af met: 
apo: 
Ook mag je maximaal één 5 als eindcijfer halen voor één van de kernvakken. 

poa: 
Wil je cum laude slagen in het vwo?

Slide 3 - Slide

Tips zinsbouw 
1. Varieer in zinsopbouw. 

pa: 
Slaag in één keer voor je eindexamen. 

Slide 4 - Slide

Tips zinsbouw 
2. Varieer in zinslengte. 

Niet alleen lange, of alleen korte zinnen. Wissel af! 

Te lange zinnen zijn vaak sowieso beter te vermijden! Bijvoorbeeld: 

Ik hoop dat je bij de vergadering aanwezig bent, omdat de rest van het team er ook bij is en we veel te bespreken hebben.

Slide 5 - Slide

Tips zinsbouw 
2. Varieer in zinslengte. 

Ik hoop dat je bij de vergadering aanwezig bent, omdat de rest van het team er ook bij is en we veel te bespreken hebben.

Ik hoop dat je bij de vergadering aanwezig bent. De rest van het team is er ook bij en we hebben veel te bespreken.

Slide 6 - Slide

Tips zinsbouw 

Waarom te lange zinnen vermijden? Ze bevatten vaak grammaticale fouten en ze zijn moeilijker te begrijpen. Een tekst wordt minder goed leesbaar als je overwegend te lange zinnen gebruikt. 

Slide 7 - Slide

Tips zinsbouw 
3. Zet woorden en zinsdelen die bij elkaar horen zo dicht mogelijk bij elkaar (vermijd tang-constructies) 

Kees en Marijke hebben na een maandenlange zoektocht in Utrecht en omgeving en lastige onderhandelingen met de vorige eigenaar eindelijk het huis van hun dromen gekocht.


Slide 8 - Slide

Tips zinsbouw 
3. Zet woorden en zinsdelen die bij elkaar horen zo dicht mogelijk bij elkaar (vermijd tang-constructies) 
Kees en Marijke hebben na een maandenlange zoektocht in Utrecht en omgeving en lastige onderhandelingen met de vorige eigenaar eindelijk het huis van hun dromen gekocht.

Kees en Marijke hebben eindelijk het huis van hun dromen gekocht. Dat gebeurde na een maandenlange zoektocht in Utrecht en omgeving. Daarbij was sprake van lastige onderhandelingen met de vorige eigenaar.

Slide 9 - Slide

Tips zinsbouw 
4. Gebruik zoveel mogelijk actieve zinnen in plaats van passieve zinnen. 

Passieve zin: 
- Met de werkwoorden 'worden' of 'zijn' 
- Het onderwerp ondergaat de handeling in plaats van dat hij de handeling   uitvoert.
- Vaak in combinatie met een door-bepaling. Of die kun je er makkelijk bij bedenken. 

Slide 10 - Slide

Tips zinsbouw 
4. Gebruik zoveel mogelijk actieve zinnen in plaats van passieve zinnen. 

1. De bankovervaller werd op zijn neus gestompt door de bewaker.


2. De leiding van de bank wordt kritisch bejegend. Er zijn veel klachten ingediend bij de ombudsman.

Slide 11 - Slide

Tips zinsbouw 
4. Gebruik zoveel mogelijk actieve zinnen in plaats van passieve zinnen. 

De bankovervaller werd op zijn neus gestompt door de bewaker.
De bewaker stompte de bankovervaller op zijn neus.
De leiding van de bank wordt kritisch bejegend. Er zijn veel klachten ingediend bij de ombudsman.
Rekeninghouders hekelen de leiding van de bank. Ze dienen veel klachten in bij de ombudsman.  

Slide 12 - Slide

Tips zinsbouw 
5. Gebruik geen naamwoordstijl. = van werkwoorden zelfstandig naamwoorden maken. 

Volgend jaar zal er een uitbreiding van de fabriek plaatsvinden.

Het terugsturen van de documenten dient voor 1 januari te geschieden.


Slide 13 - Slide

Tips zinsbouw 
5. Gebruik geen naamwoordstijl. = van werkwoorden zelfstandig naamwoorden maken. 

Volgend jaar zal er een uitbreiding van de fabriek plaatsvinden.
We zullen de fabriek volgend jaar uitbreiden.

Het terugsturen van de documenten dient voor 1 januari te geschieden.
U dient de documenten voor 1 januari terug te sturen.

Slide 14 - Slide

Tips zinsbouw 
6. Zorg voor duidelijke verbanden tussen zinnen door middel van voegwoorden, verwijswoorden en signaalwoorden.




Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Kijk uit voor onduidelijk verwijzen

Natuurlijk is natuurbescherming blij met wildviaducten, omdat ze dan gemakkelijk van de ene kant van de snelweg naar de andere kant kunnen komen.               

Slide 17 - Slide

Kijk uit voor onduidelijk verwijzen
Natuurlijk is natuurbescherming blij met wildviaducten, omdat ze dan gemakkelijk van de ene kant van de snelweg naar de andere kant kunnen komen.              
Natuurlijk is natuurbescherming blij met wildviaducten, omdat het wild (de dieren) dan gemakkelijk van de ene kant van de snelweg naar de andere kan (kunnen) komen. 

Slide 18 - Slide

Kijk uit voor onduidelijk verwijzen
Karianne zei tegen Daniëlle dat ze haar blonde haren voor de presentatie bruin moest laten verven, omdat dat intelligenter stond.       

Slide 19 - Slide

Kijk uit voor onduidelijk verwijzen
Karianne zei tegen Daniëlle dat ze haar blonde haren voor de presentatie bruin moest laten verven, omdat dat intelligenter stond.

Karianne zei tegen Daniëlle: ‘Je moet je blonde haren voor de presentatie bruin laten verven, dat staat intelligenter.’

Slide 20 - Slide

Aan de slag! Weektaak
Opdrachten 7 en 9 (zinsbouw)  p. 185-194
Opdrachten 12, 14 en 15 (uitdrukkingen) p. 195-196
Spelling (vanaf p. 214): 
Opdrachten 1 t/m 11 (werkwoordspelling) opdracht 13 (hoofdletters en leestekens) opdrachten 16 t/m 24 (meervoudsvormen en samenstellingen)

Slide 21 - Slide