Zinsdeelzinnen

• Nederlands
• Middelbare school
• HBO
• Voortgezet speciaal onderwijs
• havo
• Leerroute H
• Leerroute 2
• Leerjaar 1

Zinsdeelzinnen

Hoofd- en bijzinnen

Hoofdzin: Onderwerp staat naast de persoonsvorm

Bijzin: 

- Tussen onderwerp en persoonsvorm kunnen andere zinsdelen staan.
- Persoonsvorm vaak achter in de zin.
- Bijzin kan niet bestaan zonder een hoofdzin.

Zinsdeelzinnen

- Onderwerpszin (ow-zin)
- Naamwoordelijk deel van het gezegdezin (nw. deel-zin
- Lijdend voorwerpszin (lv-zin)

- Meewerkend voorwerpszin (mv-zin)
- Bijwoordelijk bijzin (bwb-zin)

==> Een zinsdeel is een zin, als er een persoonsvorm instaat.

Terugblik - Stappenplan zinsontleding

Terugblik

Zinsontleding

Welk zinsdeel is de bijzin?

1. Wat is de hoofdzin?

2. Grenzen van bijzin(nen) aangeven

3. Vul in plaats van de bijzin(nen) een woord(groep) in

4. Ontleed de hoofdzin. Welk zinseel is de ingevulde woordgroep?
5.

Voorbeeld 1

Wie de wedstrijd wint, wordt clubkampioen.

Voorbeeld 2 

Zij wordt later wat haar moeder is

Voorbeeld 3

Hij zegt dat hij het niet gedaan heeft.

Voorbeeld 4

 Wie doorrijdt, geeft hij een waarschuwing.

Voorbeeld 5

Omdat het bleef regenen, werd het kampioenschap afgelast.

Voorbeeld 6

Het kind dat daar kruipt, is mijn neefje.