Aan het einde van de les kan/weet ik punten, komma's, puntkomma's en dubbele punten correct te gebruiken.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2
This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
H1 Spelling leestekens
Aan het einde van de les kan/weet ik punten, komma's, puntkomma's en dubbele punten correct te gebruiken.
Slide 1 - Slide
Na een zelfstandige, mededelende zin komt een ....
Wanneer je twee zinnen samenvoegt tot een nieuwe zin, gebruik je een ...
Als twee zelfstandige zinnen sterk met elkaar samenhangen, kun je een ... gebruiken.
Als twee zelfstandige zinnen samenhangen, vormt de tweede zin soms een toelichting bij de eerste zin. Je gebruikt dan een ...
Punt
Komma
Punt komma
Dubbele punt
Slide 2 - Drag question
Punt (.)
Aan het einde van een zin.
Slide 3 - Slide
Komma (,)
- Tussen twee persoonsvormen;
- Voor maar, doordat, nadat, omdat, terwijl, want, voordat, zodat en zodra;
- Als je de delen van een zin niet los kunt uitspreken.
Slide 4 - Slide
Puntkomma (;)
Als twee zelfstandige zinnen sterk met elkaar samenhangen, kun je een puntkomma gebruiken, maar een punt mag ook.
VB: Wij hebben een fijne vakantie gehad; vooral de eerste week hebben we ons goed vermaakt.
Slide 5 - Slide
Dubbele punt (:)
Als twee zelfstandige zinnen samenhangen, vormt de tweede zin soms een toelichting bij de eerste zin. In dat geval verbind je de zinnen met een dubbele punt.
- Voor een opsomming.
Slide 6 - Slide
Waarom is het leesteken in de volgende zin correct gebruikt?
Panda's zien eruit als beren, maar hun gedrag lijkt op dat van de katachtigen.
Slide 7 - Open question
Waarom is het leesteken in de volgende zin correct gebruikt?
Bij de reorganisatie vallen zeker ontslag; daarbij wordt niemand ontzien.
Slide 8 - Open question
Waarom is het leesteken in de volgende zin correct gebruikt?
Wie op de maan struikelt, valt niet hard, omdat de zwaartekracht gering is.
Slide 9 - Open question
Waarom is het leesteken in de volgende zin correct gebruikt?
Ik plaats zonnepanelen op het dak: ik wil besparen op mijn energierekening.