Par. 6: Overige eencellige eukaryoten

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Par. 6: Eencellige eukaryoten

Doelstellingen

Je kent de kenmerken van eencellige eukaryoten.

amoebe

Een amoebe heeft een celmembraam en een celkern. Hij is een soort eencellig dier.

De amoebe beweegt door het cytoplasma te verplaatsen in zijn schijnvoetje. De inhoud van de amoebe verplaatst zich mee.

Pantoffeldiertje

Zelfstandig werken

Lees de paragraaf in het tekstboek en maak de opdr. 26 en 27.

Voor extra oefeningen: kijk op biologiepagina.nl

Wat betekent amoebe?

1. Cel
2. Zonder vorm
3. Zonder kleur
4. Cytoplasma

Hoe beweegt een amoebe zich voort?

1. met trilhaarcellen
2. met hele kleine pootjes
3. met schijnvoetjes
4. met de fiets

Wat voor symmetrie heeft een pantoffeldiertje?

1. Tweezijdig symmetrisch
2. Veelzijdig symmetrisch
3. Niet-symmetrisch

Amoebes en pantoffeldiertjes zijn geen echte dieren. Wat zijn het wel?

1. Archaea
2. Bacteriën
3. Eukaryoten
4. Planten

Bij pantoffeldiertjes vindt voortbeweging plaats door het vormen van schijnvoetjes.

1. juist
2. onjuist

Afronding

Je kent de kenmerken van eencellige diertjes.

Je kan het verschil tussen een amoebe en een pantoffeldiertje benoemen.