3V: Ch.6 - Bron C + Project

Bonjour!
Bonjour!
1 / 16
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Bonjour!
Bonjour!

Slide 1 - Slide

Aujourd'hui
- Antwoordenblad (Bron B)
- Bron C
- Project
- Évaluation

Slide 2 - Slide

Les buts
Aan het einde van deze les:
  • Je kunt over je familie vertellen. (A2)
  • Je weet hoe je mannelijke en vrouwelijke bijvoeglijk naamwoorden uitspreekt.
  • Je kunt eenvoudige vergelijkingen maken en dit toepassen voor je presentatie.

Slide 3 - Slide

Denken, delen, uitwisselen
Met wie woon jij?
Un Jour Dans ma Vie (stencil 1 - exercice 2)

Wissel de zinnen die je hebt vertaald uit met je buurman/-vrouw.
Help elkaar en corrigeer de zinnen waar nodig.
timer
3:00

Slide 4 - Slide







Correction ex. 9 + 10 + 11

Slide 5 - Slide

Bron C - page 58

Slide 6 - Slide

Caractéristiques
Projectboekje (p. 28)

Som een aantal eigenschappen op van jezelf en de personen met wie je woont. Bijv: "Ik ben sociaal. Mijn broertje is koppig."
timer
2:00

Slide 7 - Slide

Les comparaisons

Slide 8 - Slide

les comparaisons (I)
Je gebruikt een comparaison als je een vergelijking wilt maken tussen twee of meerdere dingen. Bijvoorbeeld...

- Ik ben groter dan mijn broertje.
- Ik ben even slim als mijn zus.
- Ik ben minder zwaar dan mijn vader.

Het dikgedrukte is hier de vergelijking.

Slide 9 - Slide

les comparaisons (II)
We leren nu de vergrotende trap 
(meer/minder ... dan, even ... als)
  • meer ... dan      =     plus ... qu(e)
  • minder ... dan  =     moins ... qu(e)
  • even ... als         =     aussi ... qu(e)

Op de puntjes komt een bijv. naamwoord te staan.
Let op! Het bijv. nw. moet je qua vorm aanpassen aan het onderwerp.

Slide 10 - Slide

Les comparaisons

Slide 11 - Slide

les degrés de comparaison
timer
4:00

Slide 12 - Slide

les degrés de comparaison

Slide 13 - Slide

Caractéristiques
Projectboekje (p. 28)

Maak nu een aantal vergelijkingen tussen jezelf en je familieleden. Je kunt de zinnen opschrijven in je schrift, of je PB. Let op! Je moet verschillende soorten vergelijkingen maken: + / = / -
timer
5:00

Slide 14 - Slide

Évaluation:
Wat heb je vandaag geleerd?
Noem één lesonderdeel wat je zinvol vond en waarom:

Slide 15 - Open question

Stelling:
"Ik heb een goed begin gemaakt voor mijn presentatie!"
010

Slide 16 - Poll