Diervoeding

Voer
1 / 20
next
Slide 1: Slide
DierverzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Voer

Slide 1 - Slide

lesinhoud
vorige week
wie is wie
huiswerk
diervoeding-lessonUp-opdracht
bouwstoffen-theorie
etiketten aflezen-opdracht

Slide 2 - Slide

maagdarmstelsel kat
Gebit alleen op en neer
Geen amylase in speeksel
Grote maag (8x zo groot als een paard)
Verhouding lichaamslengte:darmlengte
Carnivoren: 1:4 – 1:6
Schaap/geit: 1:25
Paard: 1:10
Maag is een reservoir voor vlees

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Wat heb je tijdens de vorige les geleerd?

Slide 5 - Mind map

huiswerk bespreking
bespreking huiswerk
niet inleveren van opdrachten
spijsvertering

Slide 6 - Slide

Lesdoel
Jullie kunnen benoemen welk voer bij welk diersoort hoort om zo dieren goed te kunnen verzorgen.
Jullie kunnen de kenmerken van de meest voorkomende voersoorten voor een gezelschapsdier omschrijven.
Je kunt op basis van carnivoor/herbivoor/omnivoor een keuze maken in voersoort
Je kunt een etiket aflezen

Slide 7 - Slide

Diervoeders
Is voedsel voor dieren.
Je hebt droogvoer  = brokken en korrels. 
Groenvoer = vers voer zoals groene blaadjes, vers groenteafval en fruit.
Hooi en vers gras.

Slide 8 - Slide

Diervoeder
Voer heeft verschillende kenmerken: 
- volledig of onvolledig
-droog of nat
-ruwvoer of krachtvoer
-grondstoffen


Slide 9 - Slide

Volledig voer/compleet voer

droog: brokken of korrels

natvoer: blikvoer
Onvolledig voer
bijv
1 graansoort

orgaanvlees

groenvoer

Slide 10 - Slide

Droog voer

Brokken
Korrels
Gemengd graan
Hooi
Natvoer

Groenvoer:
groente, fruit, gras 

Slide 11 - Slide

Ruwvoer

hooi
gras
kuilgras
voederbieten

plantaardig, veel ruwe celstof, weinig koolhydraten
Krachtvoer

alles behalve ruwvoer

bijv vlees, vis, granen


plantaardig of dierlijk, weinig ruwe celstof

Slide 12 - Slide

dierlijke grondstoffen

gemaakt van dierlijk materiaal
hoog eiwitgehalte




bijproducten
plantaardige grondstoffen

 v plantaardig materiaal
ruwe celstof/koolhydraten



bijproducten:

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Noem twee soorten droogvoer

Slide 15 - Open question

Welke soorten voer ken jij? Noem er minimaal 3

Slide 16 - Open question

Opdracht 1 
Maak een worddocument: Beschrijf hierin wat een carnivoor nodig heeft qua voer, wat een herbivoor nodig heeft en wat een omnivoor nodig heeft. Lever dit document in voor inleveren voor aanstaande vrijdag.

Slide 17 - Slide

aflezen etiket
op diervoeder staan etiketten
voor jullie is het van belang om etiketten te kunnen lezen
maak opdracht 2 en lever deze in op teams

Slide 18 - Slide

Etiketten op voeding lezen

Slide 19 - Slide

Opdracht 2 

Slide 20 - Slide