Joris Luyendijk concludeert dat de zevenvinkjesmannen de macht vormen in Nederland. Zij hebben privileges die anderen niet hebben (NRC, 4 februari). In hoeverre klopt deze ongelijkheid? Enerzijds wordt dit beeld bevestigd door schrijver Baldi (De Volkskrant, 8 februari). Hij heeft zelf vaak ervaren dat hij professioneel wordt gepasseerd ten gunste van zevenvinkjesmannen. Anderzijds stelt columnist Ephimenco dat de vinkjes nogal subjectief zijn en dat er veel voorbeelden zijn van succesvolle mensen zonder vinkjes (Trouw, 8 februari). Ik denk dat we inderdaad doen alsof we zo divers en open zijn in Nederland, maar dat een deel onterecht privileges heeft. Columniste Roos Vonk (bnnvara.nl, 6 februari) zegt het treffend: het is mooi dat iedereen nu doorheeft dat er sprake is van kansenongelijkheid, maar het is typerend dat de woorden pas aankomen nu een zevenvinkjesman het zelf zegt.