Maandag 14 okt lowan kleding/huis
1 / 41
Lesson duration is: 100 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Hoe laat is het?
A
Het is half vier
B
Het is half drie
C
Het is twee uur
D
Het is vier uur
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Ik ..... de koffie in het kopje.
A
schenk
B
schenken
C
schenkt
Slide 17 - Quiz
Hij .... honger. Hij wil eten.
A
heeft
B
heb
C
hebt
D
hebben
Slide 18 - Quiz
We ...... een nieuwe broek.
A
koop
B
koopt
C
kopen
D
koopen
Slide 19 - Quiz
Hij ..... in zijn nieuwe sportkleding.
A
rent
B
rennen
C
rennt
D
reent
Slide 20 - Quiz
Ik ..... de bal naar mijn broer.
A
gooit
B
gooien
C
gooi
D
gooie
Slide 21 - Quiz
Mijn broer .... de bal.
A
vang
B
vangt
C
vangen
D
vanget
Slide 22 - Quiz
Ik .... mijn broek ....
A
trek ... aan
B
trekt ... aan
C
trekken ... aan
Slide 23 - Quiz
In de zomer .... we in de zee.
A
zwem
B
zwemt
C
zwemmen
Slide 24 - Quiz
Ik ..... de koffie in het kopje.
A
schenk
B
schenken
C
schenkt
Slide 25 - Quiz
Ik ... 2 boterhammen in mijn tas.
A
heef
B
heeft
C
hebben
D
heb
Slide 26 - Quiz
Hij .... honger. Hij wil eten.
A
heeft
B
heb
C
hebt
D
hebben
Slide 27 - Quiz
Wij .... elke dag koffie.
A
drink
B
drinkt
C
drinken
Slide 28 - Quiz
Ik .... een nieuwe broek in de kledingwinkel. (kopen)
Slide 29 - Open question
Hij ... door het park. (rennen)
Slide 30 - Open question
Ik .... erg honger. (hebben)
Slide 31 - Open question
De leerlingen .... naar de meester.(luisteren)
Slide 32 - Open question
We .... moe van de les. (zijn)
Slide 33 - Open question
Anna .... geen pen. (hebben)
Slide 34 - Open question
Ik .... met mijn buurvrouw. (praten)
Slide 35 - Open question
Hij .... de pizza in 12 stukken. (snijden)
Slide 36 - Open question
Slide 37 - Slide
Slide 38 - Slide
Kleding
