Brug bouwen

We gaan een brug bouwen! 
1 / 11
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 7

This lesson contains 11 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

We gaan een brug bouwen! 

Slide 1 - Slide


Je krijgt nu eerst 2 minuten voor de volgende opdracht:

Kun jij een A4 papiertje rechtop op tafel laten staan? 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Welke bruggen zijn er? 

Kijk het filmpje (zet ik zo op) 
 en schrijf op: welke 3 soorten bruggen zijn er? 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Welke constructievormen zijn er?
1: Een driehoek: de driehoeksconstructie is de sterkste constructie. De vorm van een driehoek kan door krachten niet veranderen. De driehoeksconstructie is dus handig bij het bouwen van bruggen en gebouwen.

Slide 6 - Slide

Welke constructievormen zijn er?
2: Een vierhoeksconstructie is beweeglijk. De vorm kan veranderen van een vierhoek naar een ruit. De vierhoeksconstructie is goed te gebruiken bij een beweeglijke constructie, zoals een ophaalbrug.

Slide 7 - Slide

Welke constructievormen zijn er?

3: Bij een boogconstructie worden de krachten gelijkmatig verdeeld. 
Dit zorgt ervoor dat de boogconstructie erg stevig is. De boogconstructie wordt veel gebruikt bij bijvoorbeeld viaducten.

Slide 8 - Slide

We gaan aan de slag! 
Wat hebben we nodig? 
- Papier 
- Plakband/ lijm 
- Schaar 
- Een kloof om te overbruggen 
- Een auto om te testen of die over de brug kan rijden 



Stap 3: Je bouwt samen een stevige brug. Je schuift je tafel 30 centimeter uit elkaar. Hiertussen moet de brug blijven staan.

De brug moet voldoen aan de volgende eisen:

Er moet een grote gum op kunnen liggen
Kijk of het overeenkomt met je bouwtekening
Iedereen heeft een taak bij het bouwen van de brug
Je gebruikt alleen papier - lijm 

Slide 9 - Slide

Stappenplan brug bouwen
Stap 1: Overleg in je groepje welke soort brug je wilt maken
Stap 2: Maak een taakverdeling: wie gaat wat maken? 
Stap 3: Maak een ravijn van 50 cm
Stap 4: Maak een bouwtekening van je brug, dit mag een schets zijn. 
Stap 5: Maak de brug.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide