V4 - GS - 2.2

1 / 27
next
Slide 1: Video
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

H2.2 Hellenisme

Slide 2 - Slide

Doelen vorige les
Je kunt beschrijven hoe de Atheense democratie werkte.

Je kunt beargumenteren waarom de Atheense democratie beter/slechter werkte dan de Nederlandse democratie.

Slide 3 - Slide

4 stellingen, welke is waar?
  1. In Athene was er sprake van algemeen kiesrecht.
  2. In de Atheense democratie had je geen beroepspolitici.
  3. Alle jagers-verzamelaars waren nomaden.
  4. De uitvinding van de landbouw was een wereldwijde ontwikkeling.

Slide 4 - Slide

Doelen
Je kan:
- verklaringen geven voor de succesvolle veroveringen van Alexander de Grote;

- uitleggen wat Hellenisme betekent en waar het naar verwijst;

- uitleggen welke gevolgen de veroveringen van Alexander hadden op de bekende wereld.

Slide 5 - Slide

De bruiloft in Susa

Lezen van de Casus (H2.2)

Slide 6 - Slide

Leg uit wat de symbolische betekenis van het huwelijk was.

Slide 7 - Open question

Leg uit wat de dieperliggende betekenis van het huwelijk was.

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Alexander's eigen kwaliteiten

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Alexander
De farao Alexander vereert hier de god Amon-Ra
Amon-Ra
De god Amon-Ra
Inspelen op de plaatselijke gebruiken en rituelen

Slide 13 - Slide

Leg uit hoe het inspelen op de plaatselijke gebruiken, Alexander hielp bij het besturen van zijn imperium.

Slide 14 - Open question

Bedenk:
Wat vonden de Grieken van Alexander die zich koning liet noemen?

Slide 15 - Open question

Mengen van de elite
De Griekse en Macedonische elite werd gedwongen om Perzische vrouwen te huwen.

Slide 16 - Slide

De versmelting van de Griekse en Perzische elite liet zien dat Alexander inspeelde op de plaatselijke gebruiken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Diadochenrijken

Slide 18 - Slide

Hellenisme
De menging van de Griekse en oosterse cultuur.

Vindt pas (echt) plaats ná de dood van Alexander.

Let op: het werkte beide kanten op!

Slide 19 - Slide

De diadochen brachten in praktijk wat Alexander de Grote voor ogen heeft gehad.
Leg uit.

Slide 20 - Open question

Filmpje over Alexander
Tijdens het kijken:

Noteer de drie criteria die John Greene noemt waarom   Alexander (mogelijk) 'de Grote' genoemd wordt.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Noteer kort de drie criteria waarom we Alexander 'de Grote' noemen.

Slide 23 - Open question

Vergelijk de 'toon' van het filmpje met de rest van de les en de tekst in je boek.
Op welke manier verschilt de toon in het filmpje van de toon in de tekst?

Slide 24 - Open question

Schrijf 3 dingen op die je deze les geleerd hebt.

Slide 25 - Open question

Schrijf één of meerdere dingen op die je na deze les nog niet helemaal begrepen hebt.

Slide 26 - Open question

Aan de slag
Par. 2.2: opdr. 2, 3, 5, 7, 9

Slide 27 - Slide