16-1 Werkwoordspelling tt en vt

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

WELKOM!

Ga rustig zitten op je eigen plek.

Pak je werkboek en een pen.

We gaan zo beginnen.

Docent

Drinart

Jazzley

Olivier

Sabrin

Mariya

Xavi

Raysell

Rowen

Max

Nikkie

Esmee

Yusuf

Amin

Lynn

Rowena

Gresa

Destiny

1A

Docent

Willem

Ruben R

Youssef

Chanaya

Deyshelly

Ten

Stefano

Jayda

Izzy

Hevi

Roxan

Tess

Ruben A

Jaimey

Cas

Anouar

1E

Reza

Planning

Dinsdag: werkwoordspelling

Donderdag: voltooid deelwoord

Vrijdag: 

1. bijvoeglijk naamwoord

2. lezen 

Afspraken

Luister rustig naar de uitleg.

Blijf zitten op je plek.

Geen discussie.

waarschuwing 1 - naam

waarschuwing 2 - strafwerk

waarschuwing 3 - nablijven

waarschuwing 4 - gele kaart

Leerdoel

Je kunt de regels toepassen die horen bij:

tegenwoordige tijd (tt)

verleden tijd (vt)

voltooid deelwoord (vd)

Opdracht

Maak vraag 1 t/m 6 op blz. 28

Makkelijk?

Jij gaat oefenen op Cambiumned.

Werkwoordspelling >

Persoonsvorm verleden tijd>

Oefening 2 *

Oefening 3*

Oefening 4*

Aan het eind laat je het resultaat aan mij zien.

Grammatica tt

Onderwerp	Persoonsvorm	Rest
Ik	help	de man

Grammatica tt

Onderwerp	Persoonsvorm	Rest
Ik	help	de man	= enkelvoud

Grammatica tt

Onderwerp	Persoonsvorm	Rest
Ik	help	de man	= enkelvoud
Wij	helpen	de man	= meervoud

Grammatica tt

Onderwerp	Persoonsvorm
Ik	help	stam	= enkelvoud
Hij	help t	stam+t	= enkelvoud
Wij	help en	hele ww	= meervoud

Grammatica vt sterk ww

Onderwerp	Persoonsvorm
Ik /hij/ zij/ u/ het	hielp		= enkelvoud
Wij / zij/ jullie	hielp en		= meervoud

Grammatica vt zwak ww

Onderwerp	Persoonsvorm
Ik / hij/ zij/ u / het	lach te		= enkelvoud
Wij / zij / jullie	lach ten		= meervoud

Opdracht

Maak vraag 1 en 3 op blz. 30 en verder.

Let op! vraag 1 is tt, vraag 3 is vt.

We werken in stilte.