5.1 Handel en de opkomst van steden

5.1 Handel en de opkomst van steden
1 / 22
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

5.1 Handel en de opkomst van steden

Slide 1 - Slide

De late middeleeuwen
Periode van 1000 tot 1500 n.C.

Vervolg op hoofdstuk 4: vroege middeleeuwen

Die waren wanneer?

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Leerdoelen van het vorige hoofdstuk!

Welke leerdoelen waren nog niet duidelijk voor jou? Maak een lijstje en bespreek met je buurman/buurvrouw of deze het misschien aan jou uit kan leggen. (5min)
Daarna bespreken we het klassikaal!
timer
5:00

Slide 4 - Slide

Je kunt de oorzaken noemen van de opkomst van steden in de late middeleeuwen.

Slide 5 - Slide

Er komen weer steden
  • Rond jaar 1000:
  • Verandering --> handel + nijverheid bloeide weer op
  • Continuiteit --> Meeste mensen woonden + werkten op platteland 

  • Er zijn twee oorzaken voor het opkomen van steden

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Er komen weer steden
  • Voedsel ruilen op markten bij kruispunten, kloosters, kastelen --> Daar ontstonden dorpjes met handelaren + ambachtslieden --> sommige werden steden 
  • Boeren trokken naar de steden 
  • Tussen 900 - 1300 ontstonden er +/- 1000 steden in Europa
  • Onstaan landbouw- stedelijke samenleving = Maatschappij waarin merendel op platteland woont + werkt, maar ook deel in steden als ambachtsman of handelaar

Slide 9 - Slide

Er komen weer steden
  • 1. Verbetering in de landbouw:
  • Betere werktuigen: ploeg van ijzer, het halsjuk
  • Grond efficiënter gebruiken --> drieslagstelsel: 
  • Een systeem waarbij zomergraan, wintergraan en braakliggen (dat er niets groeit) om het jaar wordt afgewisselt. Zo raakt het land niet uitgeput en is de oogst groter. 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Er komen weer steden
  • 2. Woeste gronden ontginnen -->
  • = het voor landbouw bruikbaar maken van bossen en moerassen

  • 1 + 2 zorgen voor stijging voedselopbrengst --> zorgt voor stijging bevolking + meer voedsel over om te ruilen 

Slide 12 - Slide

Leerdoel
Je kunt uitleggen dat er weer een geldeconomie ontstond

Slide 13 - Slide

Er komt meer geld in omloop
  • Ook boeren vonden ruilen vervelender worden
  • Waarom?
  • Op de markt niet altijd voldoende producten om direct te ruilen
  • Hadden geld nodig voor pacht + belasting

Slide 14 - Slide

Er komt meer geld in omloop
  • Verandering: ontstaan geldeconomie vanaf 13e eeuw
  • Domeinheer vond pacht in vorm van oogst ondhandig
  • Waarom?
  • Oogst vergaat 
  • Geld praktischer --> leger + hofhouding betalen makkelijker

Slide 15 - Slide

Nadeel geldeconomie = overal een ander soort munt... moeilijk te bepalen hoeveel de munten waard zijn. 

Slide 16 - Slide

Leerdoel
Je kunt aan de hand van een voorbeeld van een middeleeuws netwerk tussen handelssteden uitleggen waarom samenwerking voordelig was

Slide 17 - Slide

Handelsnetwerk
  • Groeit --> grotere gebieden
  • Steden die geld met langeafstandshandel verdienen: handelssteden
  • Extra geld door tol heffen

  • Vanaf 12e eeuw samenwerking kooplieden Noord-Europese steden

Slide 18 - Slide

Handelsnetwerk
  • Hanze = handelsverbond van steden langs de Noordzee en de Oostzee. 
  • Voordelen: 
  • 1. Koggeschepen in groepjes varen = veiliger 
  • 2. Samen eisen minder tol te betalen 
  • 3. Leveranciers niet samenwerken met concurrenten Hanze

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Producten: 
Engeland: wol, linnen
Oostzeegebied: hout, graan, haring, huiden

  • Niet enige handelsnetwerk in Europa
  • In Brugge ontmoetten Hanzekooplieden & kooplieden uit Zuid-Europa elkaar

Slide 21 - Slide

Wat doen? (5.1)
Maak de opdrachten van 5.1 
Zorg ervoor dat je alle leerdoelen van hoofdstuk 4 en 5 verzameld in 1 document of schrift
Klaar? Dan ga je de opdrachten van hoofdstuk 4 controleren.

Slide 22 - Slide