Modal verbs All Right havo 3 en vwo 3

Modal verbs All Right havo 3 en vwo 3
1 / 23
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 32 min

Items in this lesson

Modal verbs All Right havo 3 en vwo 3

Slide 1 - Slide

Ik kan je helpen.

Slide 2 - Open question

Ik zou je kunnen helpen.

Slide 3 - Open question

Het kan in de zomer heet worden.

Slide 4 - Open question

Het zou heel koud kunnen worden.

Slide 5 - Open question

Het zou misschien heel koud kunnen worden.

Slide 6 - Open question

John zou moeten stoppen met roken.

Slide 7 - Open question

Hij kon niet zwemmen toen hij 5 jaar was.

Slide 8 - Open question

Het zou heel misschien heel koud kunnen worden.

Slide 9 - Open question

Mag ik naar het toilet?
A
Can I go to the toilet?
B
Might I go to the toilet?
C
Could I go to the toilet?
D
Should I go to the toilet?

Slide 10 - Quiz

Zou ik misschien naar het toilet mogen alstublieft?
A
Can I go to the toilet?
B
Might I go to the toilet?
C
May I go to the toilet?
D
Could I go to the toilet?

Slide 11 - Quiz

(Zou ik misschien mogen hebben) your attention, please?
A
Can I have your attention?
B
Might I have your attention?
C
May I have your attention?
D
Could I have your attention?

Slide 12 - Quiz

I ____ (moet gaan) now, because I've got tennis practice this afternoon
A
I should go
B
I must go
C
I might go
D
I have to go

Slide 13 - Quiz

Ik was in staat hem te helpen.

Slide 14 - Open question

Je hebt toestemming om naar het toilet te gaan.

Slide 15 - Open question

Ik moet nu weg (anders mis ik het vliegtuig).
A
I should go now
B
I must go now
C
I have to go now
D
I might go now

Slide 16 - Quiz

Je zou meer water moeten drinken.
A
You must drink more water.
B
You should drink more water.
C
You might drink more water.
D
You have to drink more water.

Slide 17 - Quiz

Was je in staat de file te downloaden?

Slide 18 - Open question

Heb je toestemming je telefoon te gebruiken?
A
May you use?
B
Were you allowed to use?
C
Can you use?
D
Are you allowed to use?

Slide 19 - Quiz

Je zult op de bank moeten slapen want de logeerkamer is bezet.
A
You should sleep
B
You have to sleep
C
you must sleep
D
You may sleep

Slide 20 - Quiz

If you want to buy this computer game you ------ be 16 years old.
A
may
B
must
C
have to
D
should

Slide 21 - Quiz

Hij zou meer tijd moeten besteden aan zijn huiswerk.
A
He must spend
B
He has to spend
C
he should spend
D
He could spend

Slide 22 - Quiz

Hij moet meer tijd besteden aan zijn huiswerk.
A
He could spend
B
he must spend
C
He has to spend
D
He should spend

Slide 23 - Quiz