BASISSTOF 1 HET VOORTPLANTINGSSTELSEL VAN EEN MAN

Vandaag
Voorkennis activeren (5 minuten)
Basisstof 1 Voortplantingsstelsel van een man
- Presentatie: leerstof en werkblad (15 minuten)
- Afsluiting: notatie huiswerk in agenda (5 minuten)  
- Tijd over? Maken van de opdrachten (huiswerk)

1 / 48
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Vandaag
Voorkennis activeren (5 minuten)
Basisstof 1 Voortplantingsstelsel van een man
- Presentatie: leerstof en werkblad (15 minuten)
- Afsluiting: notatie huiswerk in agenda (5 minuten)  
- Tijd over? Maken van de opdrachten (huiswerk)

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Voortplanting en seksualiteit
Respect!
Discretie!
Openminded!

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Mindmap toevoegen

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Organen zijn groepen weefsels die samenwerken om specifieke functies in het lichaam uit te voeren.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Cellen zijn de basiseenheden van het leven en vormen weefsels, organen en organismen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Chromosomen zijn alleen aanwezig in dierlijke cellen, niet in plantencellen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Cellen bevatten geen genetische informatie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Geslachtscellen, zoals zaadcellen en eicellen, zijn betrokken bij de voortplanting en bevatten de helft van het normale aantal chromosomen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Geslachtscellen bevatten het dubbele aantal chromosomen in vergelijking met andere cellen in het lichaam.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Voortplanting is uitsluitend een seksueel proces en heeft niets te maken met aseksuele voortplanting.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Voortplanting
Het proces waarbij organismen zorgen voor nageslacht of nakomelingen.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Verschillende voortplantingssystemen
Ongeslachtelijke voortplanting
                                  - één ouderorganisme
                                  - geen genetische variatie
                                  - snelle reproductie
                                                   Geslachtelijke voortplanting
                                                    - twee ouderorganismen
                                                    - genetische variatie
                                                    - geslachtcellen (eicel en zaadcel)

Slide 12 - Slide

Wat is het voordeel van genetische variatie in de context van evolutie en het overleven van de soort?

Door genetische variatie heeft de soort een groter aanpassingsvermogen bij veranderende omstandigheden. 
Ongeslachtelijke voortplanting

Binaire fission:

Dit is een vorm van ongeslachtelijke voortplanting waarbij een enkel organisme zichzelf in twee identieke delen splitst. Dit komt voor bij eencellige organismen zoals bacteriën en amoeben.


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Ongeslachtelijke voortplanting
Parthenogenese:
Dit is een vorm van ongeslachtelijke 
voortplanting waarbij vrouwtjes zichzelf 
kunnen voortplanten zonder bemesting 
door een mannetje. De nakomelingen zijn 
genetisch identiek aan het vrouwtje. Dit komt voor bij sommige insecten, reptielen en vissen.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Geslachtelijke voortplanting

Hermaphroditisme:

Hermaphrodiete organismen hebben zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen en kunnen zowel sperma als eicellen produceren. Dit komt voor bij sommige slakken, weekdieren, en sommige vissen.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Video

This item has no instructions

Geslachtelijke voortplanting

Geslachtswisseling:

Sommige organismen zijn in staat om van geslacht te veranderen gedurende hun leven. Bijvoorbeeld, sommige vissen en amfibieën kunnen van mannetje 

naar vrouwtje veranderen of vice versa, 

afhankelijk van sociale omstandigheden 

of levensfase.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Video

This item has no instructions

Interne versus externe bevruchting
Interne bevruchting vindt plaats binnen het lichaam van het vrouwtje, terwijl externe bevruchting buiten het lichaam plaatsvindt. 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Externe bevruchting
  • Grote aantallen nakomelingen: productie van grote aantallen eieren en zaadcellen mogelijk. Dit is gunstig omdat het de overlevingskansen van de soort vergroot. 

  • Geringe ouderlijke zorg:  Ouders hoeven geen tijd te besteden aan het beschermen of voeden van de eieren of jongen.

  • Genetische diversiteit: kan leiden tot een hoge genetische diversiteit, omdat de kans op versmelting van verschillende eicellen en zaadcellen groter is. Dit kan de soort helpen om zich aan te passen aan veranderende omgevingen.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

This item has no instructions

Interne bevruchting
  • Bescherming van het nageslacht: Bij interne bevruchting worden de eieren binnen het lichaam van de moeder bevrucht en beschermd. Dit biedt een hoger niveau van bescherming tegen predatoren en ongunstige omgevingsomstandigheden.
  • Selectieve voortplanting: Interne bevruchting stelt dieren in staat selectief te zijn bij het kiezen van een partner. Dit kan leiden tot een betere compatibiliteit en genetische overdracht, waardoor de kans op gezonde nakomelingen wordt vergroot.
  • Ouderlijke zorg: Interne bevruchting gaat vaak gepaard met meer ouderlijke zorg. Ouders kunnen betrokken zijn bij het beschermen, voeden en verzorgen van hun jongen, wat de overlevingskansen van het nageslacht kan vergroten.
  • Onafhankelijkheid van water: Interne bevruchting is ideaal voor soorten die niet in water leven, omdat het hen in staat stelt zich voort te planten zonder dat er water nodig is voor het verspreiden van zaadcellen en eieren.



Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Voor welke soorten is interne bevruchting ideaal?
A
Soorten die in water leven
B
Soorten met hoge genetische diversiteit
C
Soorten met grote aantallen nakomelingen
D
Soorten die niet in water leven

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een kenmerk van interne bevruchting?
A
Geringe ouderlijke zorg
B
Ouderlijke zorg
C
Grote aantallen nakomelingen
D
Genetische diversiteit

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een kenmerk van externe bevruchting?
A
Geringe ouderlijke zorg
B
Bescherming van het nageslacht
C
Onafhankelijkheid van water
D
Selectieve voortplanting

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een voordeel van interne bevruchting?
A
Onafhankelijkheid van water
B
Genetische diversiteit
C
Grote aantallen nakomelingen
D
Bescherming van het nageslacht

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een voordeel van externe bevruchting?
A
Bescherming van het nageslacht
B
Grote aantallen nakomelingen
C
Selectieve voortplanting
D
Ouderlijke zorg

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Leerdoel van vandaag




Aan het einde van deze les kun je de delen van het voortplantingsstelsel van een man noemen, aanwijzen op een afbeelding en de bouw, functie en werking ervan beschrijven.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Werkblad
Tijdens de klassikale uitleg over alle onderdelen en functies van het voortplantingsstelsel dien je op het werkblad de informatie in te vullen.



Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Uitwendige geslachtsorganen
  • penis: schacht - eikel - voorhuid

  • balzak 

  • De penis kan een erectie krijgen wanneer de zwellichamen zich vullen met bloed. 




Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Penis
De penis is het mannelijke geslachtsorgaan dat de urinebuis en zwellichamen bevat.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Balzak
(niet genummerd)
De balzak is een losse huidzak die de teelballen en bijballen beschermt.

  • De zaadballen hebben een temperatuur van 35 graden. Dat is lager dan de lichaamstemperatuur (37 graden). Voor een optimale zaadproductie is deze temperatuur belangrijk. 

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Teelballen (zaadballen)(1)
De teelballen produceren zaadcellen en het mannelijke hormoon testosteron.
  • Testosteron zorgt in de puberteit voor de secundaire geslachtskenmerken.

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Bijballen
De bijballen slaan tijdelijk de zaadcellen op totdat ze klaar zijn om naar buiten te worden gebracht.

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Zaadleiders
De zaadleiders vervoeren zaadcellen van de teelballen naar de zaadblaasjes.

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Zaadblaasjes
De zaadblaasjes produceren vocht dat de zaadcellen beschermt en voegt voeding toe.

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Prostaat
De prostaat voegt ook vocht toe aan de zaadcellen.

Cowperklieren: productie pre-ejaculatievocht (slijm).

Let op! In voorvocht kunnen ook al zaadcellen aanwezig zijn.

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Urinebuis (7)
De urinebuis vervoert urine van de blaas naar buiten en sperma van de zaadblaasjes naar buiten.

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Zwellichamen(8)
De zwellichamen vullen zich met bloed tijdens een erectie en zorgen ervoor dat de penis stijf wordt.

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Eikel(9)
De eikel is het gevoelige uiteinde van de penis en bevat veel zenuwuiteinden.

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Voorhuid
De voorhuid bedekt de eikel en beschermt deze tegen irritatie.

Belangrijk: Keep it clean!

De voorhuid wordt soms verwijderd op basis van religieuze of medische redenen.

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Vond je het onderwerp van de leerstof interessant?
Ja, ik vond het heel leuk.
Nee, ik vond het saai.
Deels, het had zijn momenten.
Het was te langdradig voor mij.
Het was te kort en oninteressant.

Slide 44 - Poll

This item has no instructions

Vond je de uitleg van de leerstof duidelijk?
Ja, de uitleg was heel duidelijk.
Nee, ik vond het verwarrend.
Deels, sommige delen waren begrijpelijk.
Het was te moeilijk voor mij.
Het was te simpel voor mij.

Slide 45 - Poll

This item has no instructions

Vond je de uitleg van de leerstof begrijpelijk?
Ja, ik snapte alles goed.
Nee, ik begreep er niet veel van.
Deels, ik begreep sommige onderdelen.
Het was te ingewikkeld voor mij.
Het was te makkelijk voor mij.

Slide 46 - Poll

This item has no instructions

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
timer
0:30

Slide 47 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
Huiswerk
Noteer dit in de agenda voor dinsdag 31 oktober 2023
2de lesuur

T2B1 opdrachten 1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6



Slide 48 - Slide

This item has no instructions