Situatie en omgeving:
Ik was in de klas met mijn medestudenten en de leraar. We hadden een groepsproject en een student was zijn deel vergeten. Het project moest die dag af.
Mijn gedrag en acties:
Ik voelde me een beetje boos en gestrest omdat het project belangrijk was. Ik besloot om mijn deel extra snel af te maken en ook te helpen met het vergeten deel. De andere studenten hielpen ook mee. Uiteindelijk was het project op tijd klaar.
Mijn leermoment:
Ik heb geleerd dat samenwerken belangrijk is en dat ik kalm kan blijven onder druk. Ik was trots op mezelf omdat ik goed heb geholpen. Volgende keer zal ik proberen eerder te beginnen met zulke projecten, zodat er meer tijd is om problemen op te lossen.
Probeer je emoties te beschrijven