vrijhandel of niet, protectiemaatregelen, internationale arbeidsverdeling

Vrijhandel of niet
1 / 26
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vrijhandel of niet

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
Na deze les weet je:
  • wat de internationale concurrentiepositie inhoudt
  • wat protectiemaatregelen zijn
  • wat internationale arbeidsverdeling is
  • wat vrijhandelszones zijn

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
               internationale concurrentiepositie

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Internationale concurrentiepositie
De internationale concurrentiepositie geeft aan in hoeverre een land in staat is om beter en/of goedkoper te produceren dan andere landen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
              protectiemaatregelen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Protectiemaatregelen

Dit zijn maatregelen om handel met het buitenland te weren

We noemen protectiemaatregelen ook wel protectionisme of handelsbelemmeringen

 

Het tegenovergestelde van protectionisme is vrijhandel.
Protectiemaatregelen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Protectiemaatregelen

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
             internationale arbeidsverdeling

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Internationale arbeidsverdeling

Dit betekent dat een product wordt gemaakt en geëxporteerd door het land dat dit het beste en goedkoopste kan.

Slide 9 - Slide

Contingent is vastgestelde hoeveelheid.
Lesdoel
             vrijhandelszone

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

vrijhandelszones
   
Dat zijn groepen landen die geen onderlinge protectiemaatregelen hebben.

BENELUX ?



Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Samenvatting
  • internationale concurrentiepositie
  • protectiemaatregelen
  • internationale arbeidsverdeling
  • vrijhandelszones

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
  • LEES DE THEORIE VAN PARAGRAAF 5.2 GOED DOOR (bladzijde 140)
  • maak opdracht 4, 6, 7 en 8
  • MAAK DE VRAGEN UIT DEZE LESSON UP

Begin alvast aan een goede samenvatting van hst 5!!!

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Oefenen
Maak de vragen in deze lesson up

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Internationale concurrentiepositie is:
A
goedkoper produceren dan andere landen
B
Sneller te kunnen produceren.
C
Beter en goedkoper te kunnen produceren dan andere landen
D
een slechte zaak

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen protectiemaatregel?
A
accijns heffen
B
contingentering
C
invoerrechten heffen
D
exportsubsidies

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het doel van protectiemaatregelen?
A
Beschermen van de burgers
B
Beschermen van de overheid
C
Beschermen van de het buitenland
D
Beschermen van het bedrijfsleven

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Twee andere woorden voor het begrip protectiemaatregel zijn:
A
handelsbarrière en importheffing
B
importquota en handelsbelemmering
C
handelsbarrière en contingentering
D
handelsbarrière en handelsbelemmering

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Protectiemaatregelen
A
Handelsvrijheden
B
Handelsbelemmeringen

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn protectiemaatregelen?
A
Overheid beschermt de eigen economie
B
de overheid beschermt de Economie van een ander land

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Een voorbeeld van een protectiemaatregel is contingentering. Wat is contingentering?
A
Het heffen van extra belastingen op invoerproducten
B
Het stellen van een beperkte hoeveelheid van invoerproducten
C
Het stellen van extra strenge regels op invoerproducten
D
Het verbieden van invoer van bepaalde producten

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Wat heeft geen invloed op de internationale concurrentiepositie?
A
Goed onderwijs
B
Technologische ontwikkelingen
C
Goede gezondheidszorg
D
De handel binnen het land

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Hierna volgen twee beweringen.
I Internationale arbeidsverdeling maakt landen van elkaar afhankelijk.
II Dankzij internationale arbeidsverdeling neemt de totale wereldproductie toe.

A
Alleen bewering I is juist Alleen bewering I is juist.
B
Alleen bewering II is juist
C
Beide beweringen zijn onjuist
D
Beide beweringen zijn juist

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Internationale arbeidsverdeling is:
A
Elk land produceert waar hij goed en goedkoop in is.
B
Elk land produceert hetzelfde product

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Geef de juiste beschrijving van het begrip internationale arbeidsverdeling.
A
Landen gaan zich specialiseren in het maken van een aantal producten.
B
Landen gaan proberen alle producten zelf te maken.

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Internationale arbeidsverdeling ontstaat door..........
A
internationale concurrentie
B
nationale concurrentie
C
protectionisme
D
vrijhandel

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions