Les 1: Amfibiën

Amfibieën
1 / 18
next
Slide 1: Slide
GroenVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Amfibieën

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Link

This item has no instructions

In Nederland leven de volgende amfibieën: kikkers, padden en salamanders.

Een kenmerk van een amfibie, is dat ze zowel op het land als op het water kunnen leven. Dat komt omdat ze niet alleen longen hebben maar als larve (baby) ook kieuwen, zoals vissen. Hun poten maken dat ze ook op het land kunnen leven; die krijgen ze al een paar dagen na de geboorte. Reptielen, vogels en zoogdieren hebben alleen longen en vissen alleen kieuwen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Levencyclus kikker
1. De "kikkers" in het kikkerdril groeien en ontwikkelen zich.

2. Kikkervis = uitwendige kieuwen voor zuurstof en pootloos.

3.Kikkervisjes worden groter en de metamorfose begint. ze krijgen achterpoten.  Uitwendige kieuwen worden inwendig.

4. Na 8 weken krijgen ze voorpoten en worden de inwendige kieuwen vervangen door longen.

5. Longen zijn ontwikkeld ze kunnen alleen ademen op het land. De staart wordt kleiner ook de tong is nu verder ontwikkeld.

6. Staart is weg en na 2 jaar is de kikker klaar om te paren. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

De levenscyclus van een amfibie: van een eitje in het water tot volwassen kikker/pad/salamander noem je metamorfose. Dit betekent gedaanteverwisseling.

Een ontsnapte amfibie ga je niet opjagen, maar vang je door een natte doek in een hoek te leggen en een nachtje te wachten.

De handen van mensen zijn vaak te warm en te droog voor amfibieën en daarom moet je altijd je handen wassen en vochtig maken voordat je een amfibie gaat hanteren.

Amfibieën zijn heel gevoelig voor bacteriën en ziekten, als je meerdere amfibieën terrariums thuis hebt staan heb je voor elk terrarium een schoonmaak set nodig. Je mag niet met een schoonmaak object (emmer, afwasborstel, doekje enz.) in twee verschillende hokken werken.


De huid van een amfibie is heel kwetsbaar en kan snel beschadigen.

Een dier dat niet eet of mager word moet je altijd naar de dierenarts brengen.
Om een amfibie te vervoeren kan je een bakje maken met wat 
nat mos er in en een deksel met gaatjes. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat betekend metamorfose?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Bij welke klasse komt metamorfose voor?
A
vissen
B
amfibieën
C
reptielen
D
vogels

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

sleepvraag
De volgende dia is een sleepvraag. Sleep de A naar het plaatje waar het mee begint, dan de B enz.
Je kunt het meteen controleren of het klopt. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

A
B
C
D
E
F
G
H
I
J

Slide 10 - Drag question

This item has no instructions

Waarom moet je je handen wassen als je een amfibie gaat hanteren?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Hoe vang je een ontsnapte amfibie?

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

 Salamanders


Een salamander is net zoals de kikker een amfibie. Dat betekent dat de salamander leeft op het land en in het water.

Salamanders hebben voor altijd een staart maar de kikker niet. Alleen een baby-kikker (kikkervisje) heeft een staartje.

Salamanders eten vooral kleine beestjes in het water zoals watervlooien. Salamanders zijn hun hele leven vleeseters (carnivoren). Ze eten wormen, sprinkhanen, kevers, naaktslakken en larven.


Padden
Padden eten o.a wormen, larven, spinnen, slakken en andere insecten. Als ze een lekker hapje zien, staren ze er geduldig naar en vangen hem dan met hun kleverige tong. Als ze nog een larve zijn eten ze ook waterplanten.

Kikkers
Als een kikker volwassen is eet hij allerlei verschillende soorten insecten, krekels, spinnen en slakken. Als larve eet de kikker ook waterplanten. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn de kenmerken van amfibieën?

Slide 14 - Open question

Gebruik de tweede dia om de antwoorden te vinden.
Denk aan de 5 kenmerken die altijd terug komen:
1. Wat zit er op de huid
2. Hoe haalt het dier adem'
3. Is het warm of koudbloedig?
4. Hoe beweegt het dier van A naar B'
5. Op welke manier kan het dier zich voortplanten?
Een volwassen kikker is een
A
Omnivoor
B
Herbivoor
C
Carnivoor

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Een volwassen pad is een:
A
Carnivoor
B
Omnivoor
C
Herbivoor

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Jonge kikkers en padden zijn
A
Omnivoor
B
Herbivoor
C
Carnivoor

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Amfibie

Slide 18 - Mind map

This item has no instructions