VVJ 5.3 De was doen

De was doen
1 / 15
next
Slide 1: Slide
VerzorgingPraktijkonderwijsLeerjaar 1,2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

De was doen

Slide 1 - Slide

WAS SORTEREN
hoe doe je dat .... WAS sorteren

- let op de kleur
- let op hoe vuil het is
- let op de vezelsoort: kijk uit met wol en zijde!
- kijk op welke temperatuur er gewassen mag worden

Als je kleding te heet wast, kan het KRIMPEN EN VERKLEUREN

Slide 2 - Slide

SOORTEN WAS
WAS
1. WITTE WAS (alleen witte kledingstukken)
2. BONTE WAS (alleen gekleurde kledingstukken)
3. FIJNE WAS (kledingstukken die kwetsbaar zijn)

nieuwe gekleurde kleding geeft vaak af eerst apart met de hand wassen
zo veel mogelijk wasgoed met dezelfde kleur
controleer de zakken!
met opdruk? Binnenstebuiten!
maak sluitingen dicht
niet te heet!
erg vuil? gebruik een voorwasprogramma

Slide 3 - Slide

WASMIDDEL
poeder, tabletten, vloeibaar en capsules
wasmiddelen voor speciale kleuren of vezelsoorten
kijk naar de wasaanwijzingen op de verpakking

1. WITWASMIDDELEN (voor witte en lichtgekleurde was)
2. BONTWASMIDDELEN (voor gekleurde was)
3. TOTAALWASMIDDELEN (voor elke was)
4. FIJNWASMIDDELEN (voor wol en andere fijne stoffen en HANDWAS)


Slide 4 - Slide

 WASMIDDELverpakking
hierop staan WASAANWIJZINGEN

- bij welke tempratuur wassen
- hoeveel wasmiddel heb je nodig
- of het in de wasmachine mag

Slide 5 - Slide

 Wasmachine
veschillende wasprogramma's



Slide 6 - Slide

7

Slide 7 - Video

01:04
Mag dit kledingsuk
gewassen worden?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quiz

01:04
Wat betekent dit
wassymbool?
A
Wassen op 30° met normaal programma
B
Wassen op 30° met anti kreuk programma
C
Wassen op 30° met een speciaal programma
D
Wassen op 30° met de hand

Slide 9 - Quiz

01:04
Hoe moet dit kledindstuk
gewassen worden?

Slide 10 - Open question

01:27
Wat betekent dit symbool?
A
Niet drogen
B
Drogen op lage temeratuur
C
Drogen op normale temperatuur
D
Liggend laten drogen

Slide 11 - Quiz

01:41
Zet de symbolen op de juiste plek.
Heet strijken
Warm strijken 
Lauw strijken

Slide 12 - Drag question

01:27
Welk symbool geeft aan hoe je moet drogen?
A
B
C
D

Slide 13 - Quiz

01:04
Wat betekent dit
wassymbool?
A
Op 30° wassen in de machine
B
Met de hand wassen
C
Op 60° wassen in de machine
D
Op een antikreukprogramma wassen in de machine

Slide 14 - Quiz

Aan de slag
Maak opdracht 35 op bladzijde 218

Slide 15 - Slide