12.5 Rubber en composieten

12.5 Rubber en composieten
1 / 32
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

12.5 Rubber en composieten

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Planning

  • Vragen uit 12.4?
  • Uitleg rubber en composieten 
  • Maak 33 t/m 36 
  • Toepassingen van 12.6

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Vragen uit 12.4?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Aan het einde van deze les...
... kan ik het verschil benoemen tussen natuurrubber en synthetisch rubber.
... kan ik het productieproces van rubber weergeven in een structuurreactie. 
... weet ik hoe rubber er op molecuulniveau uit ziet.


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Het begin van die beugel.. 
Als je een beugel moet, worden je tanden en kiezen in je onder- en bovenkaak eerst handmatig opgemeten. Daarna worden er röntgenfoto’s gemaakt om te kijken of de kiezen goed zijn aangelegd.
Hierna wordt er in alginaat (zeewierpasta) een exacte afdruk van je gebit gemaakt. Deze afdruk wordt volgegoten met gips.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Op basis van dit gipsmodel van je gebit wordt er een roestvrijstalen beugel gebouwd die met een soort tweecomponentenlijm aan de tanden wordt bevestigd om daar ongeveer een jaar te blijven zitten.
Roestvrijstaal
Legering van ijzer en nikkel. Nikkelallergie? Dan met titaan!

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Elastiekjes trekken het gebit netjes langs het roestvrij ijzerdraad. 

Elastiek is gemaakt uit rubber. 
1) Natuurrubber
2) Synthetisch rubber

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Natuurrubber
Product van de rubberboom -> latex (emulsie van rubberdeeltjes in water).
Additiepolymeer van isopreen.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Rubber polymeriseren 
Verschillende manieren -> 
meestal 'kop-staart' additie -> 
1,4-additie. 
Beide dubbele bindingen 
springen open. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Rubber
  • Natuurrubber is de additiepolymeer van isopreen.
  • Nog erg kleverig -> zwavel toevoegen voor stevigheid -> door zwavel toe te voegen kunnen crosslinks ontstaan van zwavelatomen = zwavelbruggen.
  • Waterstofbrug = geen covalente binding (atoombinding).
  • Zwavelbrug = wel covalente binding.
  • Ontstaan van zwavelbruggen wordt vulkaniseren genoemd.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Hoe vorm je crosslinks?
- zwavelbruggen komen vaak voor
monomeren hebben dan SH zijgroep

of soms wordt zwavel aan het mengsel
toegevoegd

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Elastomeren
 = als slechts enkele crosslinks gevormd zijn. Niet alle dubbele bindingen springen open. 

Net als bij thermoharders crosslinks tussen de ketens, maar wel een stuk minder en net iets anders verbonden ('schever');
Hierdoor kan een elastomeer terugveren na oprekking. 
Hoe meer = hoe stevigere het rubber wordt. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Medische composieten
Natuurlijke composieten in menselijk lichaam: collageen
  • Geven stevigheid aan botten, pezen, kraakbeen en huid

Medische composieten
  • Witte tandvulling
  • Composiet van kunsthars en kleine korreltjes kwarts of glas
  • Starten polymerisatie door UV-licht

Kunststofgips
  • Composiet van vezels met een kunsthars
  • Uitharden op kamertemperatuur

Protheses
  • Composiet van carbonvezels

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Composiet 
Kunststoffen die versterkt zijn met vezels (koolstofvezels)-> ook wel matrix of moedermateriaal genoemd en een wapening. 

Lees composieten op pagina 118

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Witte vullingen van composiet
Composietlijm voor de beugel -> overeenkomsten wat de tandarts gebruikt voor witte vullingen! 

Witte vulling -> composiet bestaande uit een soort lijm, een bindmiddel en een vulstof als kwarts of glas. De vulstof bestaat uit zeer kleine deeltjes (0,01 - 0,12 micrometer). Hoe kleiner, hoe beter het composiet te polijsten. Lijm zorgt voor goede verwerkbaarheid van het materiaal en het bindmiddel hecht de stoffen goed aan elkaar. 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

De lijm
R stelt hierin de rest van het molecuul voor. Deze stof kan polymeriseren!!
Hoe? 


Tandarts belicht met UV (dit om het proces op te starten).
Ontstaat geen lineair polymeer, maar een netwerkpolymeer. Dit heeft de gewenste harde eigenschappen voor de vulling. 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Aan het einde van deze les...
... kan ik het verschil benoemen tussen natuurrubber en synthetisch rubber.
... kan ik het productieproces van rubber weergeven in een structuurreactie. 
... weet ik hoe rubber er op molecuulniveau uit ziet.


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag

Maak 33 t/m 36. 

Neem alle theorie goed door. Hierna nog extra verdieping in de soorten reacties van H12. 



Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Welke reacties zijn belangrijk in H12? 
- Polyadditiereactie
- Condensatiepolymerisatie (2 soorten)
- Hydrolyse 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Vorming polymeren 

  • Additiepolymerisatie 
  • Condensatiepolymerisatie

Deze twee vormen van polymerisatie worden nu verder uitgelegd. 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Additiepolymerisatie

  • Dubbele binding wordt verbroken.
  • De C's die aan aan deze binding zaten worden verbonden met de volgende alkeen, die weer zijn zijn binding ook weer breekt. 
  • Etcetra

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Polyester: polymelkzuur
  • Melkzuurmoleculen bevatten een alcoholgroep en een zuurgroep.
  • Polymelkzuur bestaat dus uit 1 soort monomeer.
  • In de afbeelding wordt een dimeer gevormd (2 monomeren), dit herhaaldelijk toepassen geeft een polymeer (polyester).



                                    
Is hij afbreekbaar?
Biodegradeerbaar. Hoe heet ook alweer die reactie? 

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Polyamide

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Vorming van een polyamide

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Hydrolyse: reactie waarbij een ester wordt afgebroken door toevoeging van H2O.
 
+ H2  


                                           +   
methanol
propaanzuur
Is dus het tegenovergetselde van een condensatiereactie

Slide 26 - Slide

This item has no instructions


A
polycondensatie
B
poly-additie
C
polyester
D
polypeptide

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wat voor soort polymeer is dit?
A
polyamide
B
polyester
C
additiepolymeer
D
hydrolyse

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Copolymeer
Polyester
Polyamiden
Condensatiepolymeer, waarvan monomeren dizuren, diolen en hydroxyzuren kunnen zijn. 
Polymeren die ontstaan uit verschillende monomeren
Condensatiepolymeren, waarvan de monomeren dizuren, diaminen of aminozuren zijn.

Slide 29 - Drag question

This item has no instructions

Zet de monomeren in de juiste volgorde van dit polyester.
Wie reageert met wie en in welke volgorde?
polymeer

Slide 30 - Drag question

This item has no instructions

Welke
stoffen ontstaan na
hydrolyse van:
tip
  1. herken de ester
  2. "knip" de ester
  3. ene kant was zuur
  4. andere kant was alcohol
  5. vul aan met -H en -OH

Slide 31 - Open question

propaan-2-ol en butaanzuur
T1: Sleep de zinnen naar het juiste vakje.
Juist
Onjuist
Een thermoplast is gemakkelijk vervormbaar.
Een thermoplast wordt zacht bij verwarmen.
Een thermoplast is een polymeer.
Een thermoplast wordt gebruikt in een stopcontact.

Slide 32 - Drag question

This item has no instructions