Periode 2

• Communicatie
• MBO
• Studiejaar 1

Waarom kan het referentiekader van de ander zorgen voor communicatieproblemen?

1. Omdat hij een andere betekenis geeft aan mijn woorden
2. Omdat ik in vaktaal spreek
3. Omdat er externe ruis kan ontstaan
4. Omdat er sprake is van een communicatiestoornis

Wat houdt decoderen in?

1. De zender zet zijn boodschap om in woorden
2. De ontvanger zet de woorden en signalen van de zender om in een betekenis

In welke zone bevinden we ons tijdens een kort gesprek in een winkel?

1. Intieme zone
2. Persoonlijke zone
3. Sociale zone
4. Publieke zone

Wat is een voorbeeld van interne ruis?

1. Vervelende achtergrondgeluiden
2. Vooroordelen
3. Concentratieproblemen

Welke vorm van niet-luisteren gebruik je als je alleen luistert naar iemands woorden en niet let op de non-verbale signalen?

1. Ongeduldig luisteren
2. Onverschillig luisteren
3. Passief luisteren
4. Ongeïnteresseerd luisteren

Welke luisterstrategie gebruik je als je iets te weten wilt komen?

1. Gericht luisteren
2. Kritisch luisteren
3. Intensief luisteren
4. Globaal luisteren

Welke luistervaardigheid zet je in als je bepaald patroon herkent van de spreker en dit benoemd?

1. Samenvatten
2. Analyseren
3. Confronteren
4. Geruststellen