SP - Importwerkwoorden en voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Werkwoordspelling 
Les 3
- Importwerkwoorden / Engelse werkwoorden
- Voltooid deelwoord gebruikt als bijvoeglijk naamwoord
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Werkwoordspelling 
Les 3
- Importwerkwoorden / Engelse werkwoorden
- Voltooid deelwoord gebruikt als bijvoeglijk naamwoord

Slide 1 - Slide

Importwerkwoorden
Importwerkwoorden of Engelse werkwoorden spel je alsof het Nederlandse werkwoorden zijn. Ze zijn klankvast. Je past dus de regels voor 't ex-kofschip toe bij persoonsvorm verleden tijd en voltooid deelwoord. 

Slide 2 - Slide

Importwerkwoorden
Toch zijn er twee zaken waar je op moet letten: 
1. Kijk naar de klank van het werkwoord i.p.v. naar de schrijfwijze. 
2. Laat de Engelse uitgangs-e staan als zich uitspraakproblemen voordoen. 

Voorbeelden:
Racen. De laatste letter van de stam is 'c'. Je spreekt deze 'c' uit als een ssss. De 's' zit in t ex-kofschip. Daarom komt er 'te(n)' bij. Dan staat er 'racte(n)'. Deze uitspraak klopt niet en daarom wordt er nog een 'e' toegevoegd: 'racete(n)'. Het voltooid deelwoord is 'geracet'. 

Nu jullie!

Slide 3 - Slide

Voltooid deelwoord - klankvast
Voorbeelden:
Timen. De laatste letter van de stam is 'm'.  De 'm' staat niet in 't ex-kofschip. Daarom komt er 'de(n)' bij. Dan staat er 'timde(n)'.  Deze uitspraak klopt niet en daarom wordt er nog een 'e' toegevoegd: 'timede(n)'.  Het voltooid deelwoord is 'getimed'. 

Nu jullie!
Bowlen

Slide 4 - Slide

Voltooid deelwoord - klankvast
Bowlen. De laatste letter van de stam is 'l'. De 'l' staat niet in 't ex-kofschip. Daarom komt er 'de(n)' bij. Dan staat er 'bowlde(n)'. Deze uitspraak klopt, dus er hoeft geen extra 'e' bij gezet te worden. Het voltooid deelwoord is 'gebowld'.  

Slide 5 - Slide

Voltooid deelwoord - klankvast
Bowlen. De laatste letter van de stam is 'l'. De 'l' staat niet in 't ex-kofschip. Daarom komt er 'de(n)' bij. Dan staat er 'bowlde(n)'. Deze uitspraak klopt, dus er hoeft geen extra 'e' bij gezet te worden. Het voltooid deelwoord is 'gebowld'.  

Het laatste oefenwerkwoord: deleten. 

Slide 6 - Slide

Hoe schrijf je 'deleten' in de persoonsvorm verleden tijd enkelvoud?

Slide 7 - Open question

Voltooid deelwoord - klankvast
timen
persoonsvorm tegenwoordige tijd: ik time, hij timet, wij timen
persoonsvorm verleden tijd: ik timede, hij timede, wij timeden, 
voltooid deelwoord: hij heeft getimed

deleten
persoonsvorm tegenwoordige tijd: ik delete, hij deletet, wij deleten
persoonsvorm verleden tijd: ik deletete, hij deletete, wij deleteten
voltooid deelwoord: hij heeft gedeletet


Slide 8 - Slide

Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord 
Voltooide deelwoorden kun je gebruiken als bijvoeglijk naamwoord: je buigt het voltooid deelwoord dus om naar een bijvoeglijk naamwoord. Het bijvoeglijk gebruikte voltooid deelwoord zegt dan iets over het zelfstandig naamwoord dat erachter staat. 

Voorbeeld: 
Het boek is gelezen. --> het gelezen boek 
De kaars is opgebrand. --> de opgebrande kaars


Slide 9 - Slide

Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord 
Regel 1: 
Voltooide deelwoorden die eindigen op een 't' of een 'd', schrijf je zo kort mogelijk als je ze bijvoeglijk gebruikt. Zo kort mogelijk wil zeggen dat je let op de uitspraak. 
De schuur is uitgebrand. --> de uitgebrande schuur 
Het stel is verloofd. --> het verloofde stel 
De foto is vergroot. --> de vergrote foto (dus niet: vergrootte!!)
De weg is bestraat. --> de bestrate weg (dus niet: bestraatte!!)
Het terrein is afgezet. --> het afgezette terrein (twee t's  i.v.m. de uitspraak


Slide 10 - Slide

Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord 
Regel 2: 
Voltooide deelwoorden die eindigen op 'en', blijven hetzelfde als je ze bijvoeglijk gebruikt. 

De peuter heeft de boterham opgegeten. --> de opgegeten boterham 
De deur is gesloten. --> de gesloten deur 



Slide 11 - Slide

Maak van het voltooid deelwoord een bijvoeglijk naamwoord.
(vergeten) De ... groente
A
vergeette
B
vergeten
C
vergeet
D
vergete

Slide 12 - Quiz

Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in:
(stranden) De ............ reiziger
A
gestrandde
B
strandende
C
gestranden
D
gestrande

Slide 13 - Quiz

1. De vijand verwoestte het gebouw.
2. Het gebouw is verwoest.
3. Het verwoeste gebouw staat er verlaten bij.

In welke zin is het werkwoord verwoesten een voltooid deelwoord bijvoeglijk gebruikt?
A
1
B
2
C
3
D
Zit er niet bij

Slide 14 - Quiz

Voltooid deelwoord of bijvoeglijk naamwoord?

De hond werd UITGELATEN.
A
voltooid deelwoord
B
bijvoeglijk naamwoord
C
geen van beiden

Slide 15 - Quiz

In welke zin is het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruikt?
A
De brief is geschreven
B
De geschreven brief
C
Hij schrijft snel een brief
D
De blauwe brief ligt op de tafel

Slide 16 - Quiz

Welk bijvoeglijk voltooid deelwoord is juist?
A
De verbreede weg is erg gevaarlijk nu.
B
De verbreedde weg is erg gevaarlijk nu.
C
De verbredde weg is erg gevaarlijk nu.
D
De verbrede weg is erg gevaarlijk nu.

Slide 17 - Quiz