L29 Inclusie - exclusie

Inclusie en exclusie: p. 311
1 / 40
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Inclusie en exclusie: p. 311

Slide 1 - Slide

pag. 311

Slide 2 - Slide

Welke hedendaagse subculturen of jongerengroepen kun je opnoemen?

Slide 3 - Mind map

Welke taalkenmerken zijn specifiek voor jouw groep?

Slide 4 - Mind map

Oef 4 (a, b, c)
Pag. 311
timer
3:00

Slide 5 - Slide

Oef. 4
a. Omschrijf in je eigen woorden wat de titel betekent.

b. Verbind die uitleg met volgend citaat van Babs Gons.



  • Taal als middel om groepen te vormen; erbij horen of uit te sluiten

  • Zij ziet taal als middel om mensen te verbinden; ze heeft het over inclusie, niet over taal als een manier om mensen in groepen te delen.

Slide 6 - Slide

4c Kun je nog een voorbeeld bedenken van hoe taal gebruikt wordt voor inclusie/exclusie?

Slide 7 - Open question

Deel 1: Het beeld dat mensen hebben
Oefening 1: Beluister de 6 fragmenten (vraag a, b)

Oefening 2: Beoordeel de taal (vraag a, b)

Oefening 3: Hoe stel je de spreker voor? Afkomst/woonplaats


pag. 312

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Welke stem vind jij het aantrekkelijkst? (cijfer)

Slide 11 - Mind map

Welke spreker mag jou vertegenwoordigen? (cijfer)

Slide 12 - Mind map

Oef. 3 Maak een voorstelling van elke spreker.


Je hebt net mensen beoordeeld op basis van hun uitspraak en op basis van het beeld dat je van hen vormde. 
Deze techniek wordt ook gebruikt in taalwetenschappelijk onderzoek rond taalattitude en taalperceptie.

Slide 13 - Slide

Spreker 1
- Hoe ziet deze persoon eruit?
- Afkomst? Streek?
- Dialect?
- Leeftijd?
- Indruk?

Slide 14 - Slide

Spreker 1
Nozizwe Dube (°1995)


Zij klinkt eerder Antwerps; geen enkele aanwijzing dat ze pas als veertienjarige uit Zimbabwe naar België kwam. 

Slide 15 - Slide

Spreker 2
- Hoe ziet deze persoon eruit?
- Afkomst? Streek?
- Dialect?
- Leeftijd?
- Indruk?
- ...

Slide 16 - Slide

Spreker 2
Alexandra Smarandescu (°1997)

Haar taalgebruik klinkt heel zuiver. Haar ouders zijn van Roemeense afkomst. Ze werd in België geboren, maar als kleuter woonde ze op de boerderij van haar oma in Roemenië. Ze kwam pas terug toen ze naar de derde kleuterklas in België ging.  

Slide 17 - Slide

Spreker 3
- Hoe ziet deze persoon eruit?
- Afkomst? Streek?
- Dialect?
- Leeftijd?
- Indruk?

Slide 18 - Slide

Spreker 1
Tine Soens (°1988)


Afkomstig uit Kortrijk. Redelijk goede uitspraak, maar je hoort de eind -n en af en toe ook de g/h.

Slide 19 - Slide

Spreker 4
- Hoe ziet deze persoon eruit?
- Afkomst? Streek?
- Dialect?
- Leeftijd?
- Indruk?

Slide 20 - Slide

Spreker 4
Miranda Van Eetvelde (°1957)

Afkomstig uit Zele, Oost-Vlaanderen. 
‘Belangrijk’, niet echt opvallende zaken; misschien wat ouder? 

Slide 21 - Slide

Spreker 5
- Hoe ziet deze persoon eruit?
- Afkomst? Streek?
- Dialect?
- Leeftijd?
- Indruk?

Slide 22 - Slide

Spreker 5
Lionel Bajart (°1979)

Afkomstig uit Anderlecht. Actief in Brussel. Hoor je een heel licht Frans accent? 

Slide 23 - Slide

Spreker 6
- Hoe ziet deze persoon eruit?
- Afkomst? Streek?
- Dialect?
- Leeftijd?
- Indruk?

Slide 24 - Slide

Spreker 6
Orry Van De Wauwer (°1988)

Geboren in Deurne, actief in Schilde, Antwerpen. Heel licht Antwerps accent: ‘op te leggen’, ‘zelf’.

Slide 25 - Slide

Wat stel je je voor bij Marokkaans-Nederlands?

Slide 26 - Slide

Lees de tekst 'Marokkaans-Nederlands heeft weinig prestige'.

Beantwoord vraag 5 (a, b en c)
Klaar? -> 6 en 7
pag. 312 - 313
timer
7:00

Slide 27 - Slide

Omschrijf wat een regionaal accent is.

Slide 28 - Open question

Omschrijf welk verband er is tussen accenten en prestige.

Slide 29 - Open question

Wat zijn etnische accenten?

Slide 30 - Open question

Vul oefening 6 en 7 aan.
pag. 315

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Wat was de belangrijkste bevinding?

Slide 34 - Open question

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

  • Heb je al een situatie meegemaakt waarbij je taalgebruik positief of negatief tot andere mensen bracht?
  • Gebeurde dat bewust of onbewust?
  • De tekst die je las, zou die actueel zijn of eerder iets uit het verleden?

Slide 39 - Slide

Taak
Deel 2: Sociale taalvariatie

Vul de bookwidget in.
-> SS/vakken/oefeningen/Taalgebruik/L27 taak_inclusie en exclusie

--> tegen ... ?
pag. 316 

Slide 40 - Slide