Bewegen en Regelen 2

• BSM
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Bewegen en Regelen 2

Een intra-scholairtoernooi is een toernooi tussen

1. teams van klassen van dezelfde school.
2. teams van klassen van verschillende scholen.
3. teams van scholen uit verschillende landen.
4. teams van scholen uit verschillende provincies.

Gegeven: 8 teams
Hoeveel wedstrijden zijn er in een halve competitie?

1. 64
2. 56
3. 28
4. 16

Gegeven: 30 wedstrijden, 8 velden.
Hoeveel speelronden/speelmomenten zijn er?

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

Een poule-staat is een voorbeeld van een score-matrix.

1. Dit is waar.
2. Dit is niet waar.

Gegeven: de no.1 van poule A speelt tegen no.2 van poule B, de no.1 van poule B speelt tegen de no.2 van poule A.
Dit is:

1. een play-off.
2. een kwart-finale.
3. een finale.
4. een kruisfinale.

De fout in deze poule-staat is bij de kleur

1. geel.
2. groen.
3. blauw.
4. rood.

Bij een knock-out systeem zet je de sterke deelnemers in de eerste ronde tegen elkaar.

1. Dit is verstandig.
2. Dit is niet verstandig.

Gegeven: je moet eerst winnen van iemand van je eigen trede voordat je iemand boven je mag uitdagen.
Hier is sprake van een

1. poulesysteem.
2. knock-out met herkansing.
3. laddersysteem.
4. piramidesysteem.

Gegeven: de winnaars gaan naar rechts en de verliezers gaan naar links. Het meest rechtse veld is de top en verder dan het meest linkerveld kan je niet schuiven.
Hier is sprake van:

1. "Move-up,move-down" systeem.
2. een roulatie-systeem.
3. King of court
4. een knock-out-systeem.

Hier is sprake van een

1. poulesysteem.
2. laddersysteem.
3. knock-out-systeem met herkansing.
4. knock-out systeem zonder herkansing.

Van Bakel, Janssen, Buitenveld, Albrecht

1. zijn heel slechte spelers.
2. zijn heel goede spelers.
3. hebben een "Bye".
4. kunnen na verlies toch in de finale komen.

Gegeven:
1 tegen 1 Basketbal, verliezer gaat uit het veld, het volgende team komt er in.
Dit is:

1. het roulatie-systeem.
2. move-up, move-down.
3. king of the court.
4. het instuif-systeem.

1. Dit is een poulesysteem
2. Dit is een instuif
3. Dit is een "move-up,move down"- systeem
4. Dit is een klok-anti-klok-systeem

Wat geeft onderstaande formule weer?

A(A-1)

1. Het aantal wedstrijden in een hele competitie.
2. Het aantal wedstrijden in een halve competitie.
3. Het aantal speelronden in een hele competitie.
4. Het aantal wisselmomenten in een hele competitie

Het klok-anti-kloksysteem bij 12 teams en 6 sporten heeft als nadeel

1. dat teams drie keer tegen elkaar kunnen spelen.
2. dat je niet weet hoe lang een speelronde duurt.
3. dat je geen eindstand kan maken uit zo'n toernooi.
4. dat teams twee keer tegen elkaar kunnen spelen.