24-25 SPELLING vmbo LJ 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 3

24-25 SPELLING LJ 3

Voorbereiding op je toets

Vul de juiste vorm van het werkwoord in:

Hij heeft zijn hand ......(verbranden) aan de pan

Vul de juiste vorm van het werkwoord in:

De backpacker .....(verhitten) gisteren het water boven een vuurtje.

Vul de juiste vorm van het werkwoord in:

(luisteren)... jij vaak naar muziek?

Vul de juiste vorm van het werkwoord in:
Gisteren... (starten) de auto niet en kwam ik te laat.

Zet op de juiste plaats een hoofdletter.
mevrouw de vries (aan begin van een zin)
peter (midden in een zin)
thornstraat (midden in een zin)

Zet op de juiste plaats een hoofdletter, punt of komma.
het vakantiehuisje bestaat uit twee verdiepingen alle spullen die je nodig hebt zijn aanwezig de eigenaren paul en marianne zijn erg vriendelijk in de dorpjes rondom kun je boodschappen doen granada ligt op 20 minuten rijden er is sateliet-tv en je kunt zelfs sbs 6 ontvangen

Lees eerst de zin. Zet achter elk woord de woordsoort.
Het dierenasiel heeft hardwerkende vrijwilligers nodig voor het verzorgen van de dieren. Kies uit: bn-lw-vz-ww-zn
dierenasiel= heeft=. hardwerkende=
voor= het=
Je hoeft alleen maar de afkortingen van de woordsoorten onder elkaar te zetten, in kleine letters.

Schrijf het meervoud op
panty
idee
duif
kaak

Maak van de twee woorden een samenstelling en schrijf de hele samenstelling op:
* maan + schijn
* boek + kast
* rijst + pap
*fiets + stalling

Schrijf het (stoffelijk) bijvoeglijk naamwoord op:
*Is dat een .... ring? (goud)
*Het is een ...tas. (plastic)
* Het is een ....broek. (katoen)
*Het ... haar van het meisje (lang)

Schrijf het als bijvoeglijk naamwoord gebruikte voltooid deelwoord op:
*Het eten is aangebrand->. Het .......eten.
* Het kind is gered->. Het ....kind.
*De weg is verbreed->. De ....weg.
*Die sokken zijn gekrompen->. De .... sokken.
Schrijf alleen het bn op.

Schrijf (alleen) het als bijvoeglijk naamwoord (bn) gebruikte voltooid deelwoord (vd) op
*Het eten is aangebrand.= Het ...... eten.
*Het kind is gered.=Het ....kind.
*Die sokken zijn gekrompen.= De .....sokken

Wat is het juiste antwoord: me of mij of mijn?
En waarom?
Dat moet ik aan me/mij/mijn vader vragen.

Het vmbo is leuker als/dan alle andere middelbare scholen.
Wat is juist: als of dan? En waarom?

Maak de samenstelling: met of zonder koppelteken.
* na + apen
* radio + presentator
* vmbo + leerling
* A4 + formaat

Zet de trema op de goede plaats
* reunie
* tweeenveertig

Voor welk onderdeel moet jij nog extra gaan oefenen?
*werkwoordvorm. *hoofdletters. * komma's & punten. * woordsoorten
*meervouden. *samenstellingen * bijvoeglijke naamwoorden (bn)
*stoffelijke bn. *als bn gebruikt vd. * bezittelijk vnw/persoonlijk vnw (uw/u)
*als/dan. * met/zonder koppelteken. * trema

AAN DE SLAG - oefenen:

*werkwoordvorm *hoofdletters *komma's & punten 

 *woordsoorten *meervouden *samenstellingen 

*bijvoeglijke naamwoorden (bn) *stoffelijke bn 

*als bn gebruikt vd *bezittelijk vnw/persoonlijk vnw (uw/u)

*als/dan. *met/zonder koppelteken. *trema