Herhaling H6 & H7

Hoofdstuk 6 Breuken
1 / 34
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 6 Breuken

Slide 1 - Slide

Hoe heet ik?

4 = 
---------------
5 = 

Slide 2 - Slide

Breuken
1/2 deel
3/8 deel
5/6 deel
1/4 deel

Slide 3 - Drag question

Wat is vereenvoudigen?

Slide 4 - Open question

- Kijk goed naar de teller en de noemer !
- Door welk getal kan je  zowel de telller als de noemer delen?

Hoe ging dat ook alweer?

Slide 5 - Slide

5 stappen
1. Kijk welke breuk je gelijknamig gaat maken
2. Maak de som gelijknamig
3. Schrijf de som opnieuw op
4. Reken de som uit
5. Vereenvoudig de uitkomst als dat nodig is
Hoe ?

Slide 6 - Slide

Stap 1.
Stap 2.                                                 ( keer 2)

Stap 3 en 4.      

Stap 5                                                 (delen door 2)
VOORBEELD:
21+61=
21
21=63
63+61=64
64=32

Slide 7 - Slide


21+41=

Slide 8 - Open question


42+123=

Slide 9 - Open question


32+63=

Slide 10 - Open question


104+52=

Slide 11 - Open question

152=53

Slide 12 - Slide

Reken uit:

172=

Slide 13 - Open question

Reken uit:

194=

Slide 14 - Open question

Hoofdstuk 7 Decimale getallen

Slide 15 - Slide

Decimale getallen
Decimale getallen zijn getallen met cijfers achter de komma.
1 decimaal
2 decimalen
3 decimalen

Slide 16 - Slide

Hoeveel decimalen heeft het volgende getal?

5,001
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 17 - Quiz

Hoeveel decimalen heeft het volgende getal?

7,9
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 18 - Quiz

Hoeveel decimalen heeft het volgende getal?

4,03
A
0
B
1
C
2
D
3

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

120,015

de 1 is een
A
eenheid
B
tiende
C
honderdste
D
duizendste

Slide 21 - Quiz

268,354

de 4 is een
A
eenheid
B
tiende
C
honderdste
D
duizendste

Slide 22 - Quiz

welk getal is
37 komma 4 tienden en 5 honderste
A
37,045
B
374,500
C
37,45
D
3,745

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Slide

Rond 3,8 af op een geheel getal

Slide 25 - Open question

Rond 7,29 af op een decimaal.
A
7,0
B
7,2
C
7,3
D
7,9

Slide 26 - Quiz

Decimale getallen optellen en aftrekken:

Slide 27 - Slide

Neem de som over in je schrift en reken onder elkaar uit.

Slide 28 - Slide

Neem de som over in je schrift en reken onder elkaar uit.

Slide 29 - Slide

Decimale getallen 
vermenigvuldigen en delen

Stap 1: Je schrijft de som op.
Stap 2: Je haalt de komma weg.
Stap 3: Je rekent de som uit zonder komma.
Stap 4: Je zet de komma terug. (Daarbij kijk je naar het aantal getallen achter de komma in de som)
Stap 5: Controleer je antwoord.

Slide 30 - Slide

Vermenigvuldigen door 10, 100, 1000.

Slide 31 - Slide

Delen door 10, 100, 1000.

Slide 32 - Slide

Zelfstandig werken
Maak het werkboekje met opdrachten
Dit doe je zelf, want het is voorbereiding voor de toets
dus hierbij wordt niet gekletst. 

Klaar?
Je mag op je laptop iets voor jezelf doen. 
Laat ook dan andere leerlingen met rust. Iedereen moet dit in alle rust kunnen maken.
timer
15:00

Slide 33 - Slide

Ik ben klaar voor de toets van hoofdstuk 7
Ja
Nee, ik wil nog hulp
Nee

Slide 34 - Poll