Herhaling H6 en H7

Rekenen 
Herhaling H6 Breuken 
H7 Decimale getallen
1 / 32
next
Slide 1: Slide
RekenenBasisschoolGroep 8

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Rekenen 
Herhaling H6 Breuken 
H7 Decimale getallen

Slide 1 - Slide

Planning van de les

- Huiswerk nakijken 
- Bespreken van de leerdoelen  (2 min)
- Herhalen H6 en H7  (20 min)
- Zelfstandig verwerken (15 min)
- Afsluiting (2 min)

Slide 2 - Slide

Wat leren we vandaag?
Herhaling H6 Breuken 


Slide 3 - Slide

Hoe heet ik?

4 = teller
---------------
5 = noemer

Slide 4 - Slide

Breuken
1/2 deel
3/8 deel
5/6 deel
1/4 deel

Slide 5 - Drag question

Wat is vereenvoudigen?

Slide 6 - Open question

Geef een voorbeeld van een breuk die vereenvoudigd is!

Slide 7 - Open question

- Kijk goed naar de teller en de noemer !
- Door welk getal kan je  zowel de telller als de noemer delen?

Hoe ging dat ook alweer?

Slide 8 - Slide

5 stappen
1. Kijk welke breuk je gelijknamig gaat maken
2. Maak de som gelijknamig
3. Schrijf de som opnieuw op
4. Reken de som uit
5. Vereenvoudig de uitkomst als dat nodig is
Hoe ?

Slide 9 - Slide

Stap 1.
Stap 2.                                                 ( keer 2)

Stap 3 en 4.      

Stap 5                                                 (delen door 2)
VOORBEELD:
21+61=
21
21=63
63+61=64
64=32

Slide 10 - Slide


21+41=

Slide 11 - Open question


42+123=

Slide 12 - Open question


32+63=

Slide 13 - Open question


104+52=

Slide 14 - Open question

152=53

Slide 15 - Slide

Reken uit:

172=

Slide 16 - Open question

Reken uit:

194=

Slide 17 - Open question

Wat leren we vandaag?
Herhaling H7 Decimale getallen


Slide 18 - Slide

tip
Weet jij niet wat het getal waard is zet het in een schema.

Slide 19 - Slide

welk getal is
33 komma 2 tienden en 5 honderste
A
3,250
B
332,500
C
33,25
D
3,025

Slide 20 - Quiz

< kleiner dan
> groter dan
= is gelijk aan
.......ongeveer
Even herhalen
Puntje wijst altijd naar het
kleinste getal

Slide 21 - Slide

Welk symbool hoort op de stippellijn?

19,1 ...... 19,01
A
>
B
<
C
=
D

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Slide

Rond af op een heel getal.

25,71

Slide 24 - Open question

Rond af op een decimaal.

11,34

Slide 25 - Open question

Reken uit.

12,75 - 5,3 =

Slide 26 - Open question

Reken uit.

3,7 + 2,5 =

Slide 27 - Open question

Vermenigvuldigen door 10, 100, 1000.

Slide 28 - Slide

Delen door 10, 100, 1000.

Slide 29 - Slide

100 x 0,07 =
A
7
B
70
C
700
D
7000

Slide 30 - Quiz

0,3 : 1000 =
A
0,03
B
0,0003
C
3
D
0,003

Slide 31 - Quiz

Oefenen voor de toets
Eindopdracht H6 blz. 120
Eindopdracht H7 blz. 148

Slide 32 - Slide