les 59 Formuleren §5 en §6 trappen van vergelijking

Hallo 1vhtb
Pak je spullen alvast (boek/Nieuw Nederlands/pen+schrift) en je leesboek
  • Wat gaan we doen vandaag?
  • Lezen (10 min)
  • Uitleg met lessonup
  • Zelf oefenen
timer
10:00
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hallo 1vhtb
Pak je spullen alvast (boek/Nieuw Nederlands/pen+schrift) en je leesboek
  • Wat gaan we doen vandaag?
  • Lezen (10 min)
  • Uitleg met lessonup
  • Zelf oefenen
timer
10:00

Slide 1 - Slide

Hallo 1vhtb
Pak je spullen alvast (boek/Nieuw Nederlands/pen+schrift) en je leesboek
  • Wat gaan we doen vandaag?
  • Lezen (10 min)
  • Uitleg §6
  • Zelf oefenen  §6
timer
10:00

Slide 2 - Slide

LEERDOELEN:

Ik kan/weet...

- de trappen van vergelijking gebruiken in combinatie met als en dan het juiste persoonlijk voornaamwoord




Slide 3 - Slide

Wat weet je nog?
Vul in hen of hun:
Ik geef ... dat boek.
Ik wil iets aan ...vragen.

Vul in dat of wat:
Dat is het liefste ... iemand ooit voor mij heeft gedaan.
Het meisje ... daar loopt.

timer
2:00

Slide 4 - Slide

Wat weet je nog?
Vul in hen of hun:
Ik geef hun dat boek.
Ik wil iets aan hen vragen.

Vul in dat of wat:
Dat is het liefste wat iemand ooit voor mij heeft gedaan.
Het meisje dat daar loopt.

timer
2:00

Slide 5 - Slide

Stellend (fase 1)
Het is mooi
Vergrotend (fase 2)
Het is mooier
Overtreffend (fase 3)
 Het is het mooist

Slide 6 - Slide

Trappen van vergelijking
Stellend (fase 1)
Het is groot
Vergrotend (fase 2)
Het is groter
Overtreffend (fase 3)
 Het is het grootst

Slide 7 - Slide

Hoe schrijf je het?
    1. Stellend: schrijf het woord zo eenvoudig mogelijk
    2. Vergrotend: zet -er achter het woord. Eindigt het woord al op een -r? Dan zet je er -der achter (duurder).
    3. Overtreffend: zet -st of -ste achter het woord. Eindigt het woord al op -st of -sch? Zet dan meest voor het woord (meest verrast).

Slide 8 - Slide

Uitzonderingen
De woorden goed, graag, veel en weinig wijken af.

Goed-beter-best
Graag-liever-liefst
Veel-meer-meest
Weinig-minder-minst

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Als/dan

Dus... wat zongen ze nou precies? Wat zijn de regels?

Slide 11 - Slide

Als/dan
Goed of fout?

Jij bent even groot als mij.
Jij bent even groot als ik.
Robin is net zo sterk dan hij, maar hij is sterker dan ik.
De voetballer rent sneller dan mij, maar slomer als hem.

Slide 12 - Slide

Als/dan
Goed of fout?

Jij bent even groot als mij.
Jij bent even groot als ik. 
Robin is net zo sterk dan hij, maar hij is sterker dan ik.
De voetballer rent sneller dan mij, maar slomer als hem.

Slide 13 - Slide

Als/dan
Goed of fout?

Jij bent even groot als mij.
Jij bent even groot als ik.
Robin is net zo sterk dan hij, maar hij is sterker dan ik.
De voetballer rent sneller dan mij, maar slomer als hem.

Slide 14 - Slide

Lastig?
Maak de zin langer en zet de persoonsvorm er weer achter:

Hij is groter dan/als ik/mij ben.
De jongen is groter dan/als  haar/zij is.

Slide 15 - Slide

Zelf oefenen
Wat: Maak van Formuleren § 6 opdr.  1, 2 en 4 op p. 241.
Hoe:  Individueel.
Hulp: Boek en buur
Tijd: 15 min
Uitkomst: Je hebt geoefend met de trappen van vergelijking.
Klaar?: Lezen of ander huiswerk.

timer
15:00

Slide 16 - Slide

Zelf oefenen 1vhtb
Cursus 6 §5 lastige verwijswoorden
Wat:  Maak oefening 1 t/m 4 van p.238 en 239.
Hoe:  Individueel 
Hulp: Nieuw Nederlands, buur, docent.
Tijd:  15 min.
Uitkomst: Geoefend met lastige verwijswoorden.
Klaar?
Ben je klaar lezen in je leesboek of huiswerk 
timer
15:00

Slide 17 - Slide

Zelf oefenen 1vhtb
Cursus 6  §6 Trappen van vergelijking
Wat:  Maak opdracht 1, 2 en 3 op p. 241.
Hoe:  Individueel 
Hulp: Nieuw Nederlands, buur, docent.
Tijd:  15 min.
Uitkomst: Geoefend  de trappen van vergelijking.
Klaar?
Ben je klaar lezen in je leesboek of huiswerk 
timer
15:00

Slide 18 - Slide

LEERDOELEN:

Ik kan/weet...

- de trappen van vergelijking gebruiken in combinatie met als en dan het juiste persoonlijk voornaamwoord




Slide 19 - Slide

Fijne dag!
Ruim je spullen rustig op en blijf zitten tot de bel gaat

Slide 20 - Slide