Les 5 - Beeldspraak

Startopdracht (twee minuten):
Vertel wat je dit weekend hebt gedaan. Gebruik een vorm van beeldspraak in je antwoord.
1 / 17
next
Slide 1: Open question
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Startopdracht (twee minuten):
Vertel wat je dit weekend hebt gedaan. Gebruik een vorm van beeldspraak in je antwoord.

Slide 1 - Open question

Poëzie les 5
- Herhalen huiswerktheorie in vijf vragen
- Bespreken gedicht Paul van Ostaijen
- Zelfstandig werken: opdrachten bij gedicht maken of lezen voor boekverslag of theorie voor volgende les leren

Slide 2 - Slide

VIJF VRAGEN OVER HET HUISWERK

Slide 3 - Slide

Welke term hoort bij deze definitie:
"Alleen het beeld en niet het bedoelde is aanwijsbaar."
A
metonymia
B
metafoor
C
vergelijking zonder als
D
synesthesie

Slide 4 - Quiz

Welke vorm van beeldspraak is dit?
"Ik schrok van zijn bittere woorden."
A
metonymia
B
metafoor
C
vergelijking zonder als
D
synesthesie

Slide 5 - Quiz

Welke vorm van beeldspraak is dit?
"Zijn hoofd, een tomaat, gloeide van schaamte."
A
personificatie
B
metafoor
C
vergelijking zonder als
D
synesthesie

Slide 6 - Quiz

Ze won goud op de olympische spelen.
A
metonymia
B
metafoor
C
personificatie
D
synesthesie

Slide 7 - Quiz

Bedenk zelf eens een vergelijking, metafoor of personificatie. Zet erbij of het een vergelijking, metafoor of personificatie is.

Slide 8 - Open question

Gedicht van de les:
Paul van Ostaijen - 'Melopee' 

(Ik laat het je horen in een filmpje, voor wie liever meeleest
 zet ik de tekst op het bord)*

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Melopee
Onder de maan schuift de lange rivier
Over de lange rivier schuift moede de maan
Onder de maan op de lange rivier schuift de kano naar zee

Langs het hoogriet
langs de laagwei
schuift de kano naar zee
schuift met de schuivende maan de kano naar zee
Zo zijn ze gezellen naar zee de kano de maan en de man
Waarom schuiven de maan en de man getweeën gedwee naar de zee

Slide 11 - Slide

Taalgebruik
Wat valt je op aan het taalgebruik in dit gedicht?

Slide 12 - Slide

Vorm
Wat valt je op aan de vorm van dit gedicht?
Gebruik de juiste benamingen voor de strofes.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

NU DOEN
Werk de vragen en opdrachten bij dit gedicht uit (reader blz. 26). Je kunt er ook voor kiezen een tekening te maken bij dit gedicht of een klankuitbeeldend gedicht zoals Boem Paukeslag te schrijven / tekenen.


Slide 17 - Slide