This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
De pH
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Aan het einde van de les weet je wat een zuur en een base is
Aan het einde van de les weet je wat de pH/zuurgraad is
Aan het einde van de les weet je hoe je de pH kunt bepalen
Slide 2 - Slide
pH= zuurgraad van een oplossing
De pH kan je aangeven met een getal tussen de 0 en 14.
Een oplossing kan zuur, neutraal of basisch zijn. Een zure oplossing herken je aan de zure smaak. Basische oplossing smaken vaak zeepachtig en neutraal heeft geen smaak denk aan water dat is neutraal.
Slide 3 - Slide
Wat is zuur ?
Een zure oplossing smaakt zuur en kan bijtend voelen op je huid. De zuurgraad (pH-waarde) geeft aan hoe zuur een oplossing is. Zuur: pH < 7
Slide 4 - Slide
Voorbeelden zuur(zure stof)
Denk aan citroenzuur, azijn, maagzuur, zoutzuur, augurken en zure matjes.
Slide 5 - Slide
Base
Basische oplossingen zijn het tegenovergestelde van een zure oplossing.
De pH ligt tussen de 7 en 14. Hoe basischer een oplossing, hoe hoger de pH. Een oplossing die erg basisch is, is ook agressiever.
Slide 6 - Slide
Base
Een basische smaak is moeilijk voor te stellen.
Broccoli is een groente met een basische smaak.
Maar een simpeler voorbeeld is vaak zeep.
Slide 7 - Slide
Wat is neutraal ?
Een neutrale oplossing is niet zuur en niet basisch. Een neutrale oplossing is niet schadelijk.
Een oplossing met een te lage pH (zuur) of met een te hoge pH(base) hebben een bijtende werking en tasten je huid aan.
Slide 8 - Slide
Universeel indicatorpapier
De pH kun je meten met pH-papier. Dit papier verkleurd afhankelijk van de pH-waarde. In het papier zit een indicator die verkleurd. Een indicator is een stof waarmee je andere stof kunt aantonen.
Slide 9 - Slide
Hoe komt het dat cola een lage pH heeft en toch niet zuur smaakt?
Slide 10 - Open question
Hoe verwijder je kalkaanslag uit een koffiezetapparaat?
A
Schoonmaakazijn
B
Zeep
C
Ammonia
D
Bleek
Slide 11 - Quiz
Toelichting
Slide 12 - Slide
Als je een oplossing tien keer verdunt, dan voeg je aan 1 deel oplossing 9 delen water toe. Stel je hebt een oplossing azijnzuur van 10 ml en je wilt deze 10x verdunnen?
Als je een oplossing 10x verdunt, maak je het volume 10x
zo groot. Als je een oplossing 8x verdunt, maak je het
volume 8x groter etc.
Slide 13 - Slide
Hoeveel liter water moet je toevoegen om de pH van 1 liter azijnzuur te verhogen van 3 naar 4(10x verdunnen).
*10x verdunnen dus je maakt je volume 10x groter
Slide 14 - Open question
Toelichting
Slide 15 - Slide
Extra vragen
Welk gevarensymbool hoort bij een sterk zuur, zoals accuzuur?
Welk gevarensymbool hoort bij een sterke base zoals bleek?
Wat moet je doen om, voordat je gaat schilderen, de oude verflaag te ontvetten?