Paragaaf 2.1 Arbeidsproductiviteit in een mensenleven

 Arbeidsproductiviteit in een mensenleven
LH4.ec1
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

 Arbeidsproductiviteit in een mensenleven
LH4.ec1

Slide 1 - Slide

Planning
- Terugblik paragaaf 1.4
- Paragaaf 2.1
- Aan de slag! 
- Terugblik en afsluiting 

Slide 2 - Slide

Huiswerk bespreken! 
 
- Lees paragaaf 1.4 door en maak 2,3,4 en 6.  



Ben je eerder klaar of heb je vragen? Steek je vinger op. 

Slide 3 - Slide

Leerdoelen 2.1
- Je legt de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit gedurende een mensenleven uit
- Je legt uit dat investeringen in menselijk kapitaal de toekomstige verdiencapaciteit van arbeid vergroten 

Slide 4 - Slide

Wat is ook alweer arbeidsproductiviteit? Wanneer is die bij jou het hoogst?

Slide 5 - Mind map

Mensenleven en periode
- Geboorte en verzorging door ouders
- Kindertijd en jeugd
- Langste periode (werken om geld te verdienen)
- Pensioen
- Rol als consument en producent (afwisselend tijdens leven)
- Rol als producent om te beginnen, gevolgen hoe consumptie intertemporeel gesubstitueerd wordt  

Slide 6 - Slide

Kinderarbeid
- Verandering arbeidsproductiviteit
- Waarde van arbeid een ruil steeds anders
- Jonge mensen moeten nog veel leren, terwijl ervaren mensen meer verdienen
- Kinderen kunnen al productief zijn (lopen, praten, aanwijzingen opvolgen)
- Kinderarbeid in minder ontwikkelde landen 

Slide 7 - Slide

In welke landen komt kinderarbeid voor? Hoe herkennen jullie het in de praktijk?

Slide 8 - Mind map

Leerplicht en het verbod op kinderarbeid
- Kennis en vaardigheden opdoen voor basisniveau van arbeidsproductiviteit
- Kinderen tussen 5 en 16 jaar
- Tussen 16 en 18 jaar mits minstens een mbo-2, havo of vwo diploma is behaald
- Jonger dan 15 jaar betekent geen betaalde arbeid, mits het lichte arbeid is
- Beperkt aantal uren werken
- Bron 2 (Leerplicht in verschillende landen)
- Kinderarbeid staat de ontwikkeling van de APV in de weg (geen scholing)

Slide 9 - Slide

Het arbeidzame leven
- Eerste jaren is de APV 0
- Opvoeding en scholing zorgen voor een stijging van de APV
- Na jeugd AP_min (slide 11)
- Starten met werken (vanaf AP_min)

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Levenslang leren
- Doorlopende scholing gedurend het arbeidzame leven
- Vroeger stopte scholing na opleiding
- Bijscholen om APV op peil te houden
- Computer en scholing
- Stijging APV 

Slide 12 - Slide

Het arbeidzame leven (2)
- APV kan niet blijven toenemen
- AP_max (slide 11)
- Her- en bijscholing om AP_max te behouden
- Als pensioenleeftijd komt, neemt de APV af ( punt A op slide 11)
- Pensioenleeftijd bereikt (altijd nog hoger als AP_min)
- Terugval in APV zo groot, eventueel vervroegt met pensioen 

Slide 13 - Slide

Menselijk kapitaal 
- Arbeid is een productiefactor (menselijk kapitaal)
- Scholing, stijging APV, bijdrage aan productiefactor arbeid stijgt
- Productie neemt toe zonder meer arbeid te verrichten 
- Toekomstige verdiencapaciteit stijgt (vermogen om inkomsten te generen)
- Scholing 
- Overige factoren (arbeidsmarkt en economische situatie)

Slide 14 - Slide

Aan de slag! 
- Lees paragaaf 2.1 door en maak de opdrachten 1,2,3,5,10 en 11. 

Slide 15 - Slide

Leerdoelen 2.1
- Je legt de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit gedurende een mensenleven uit
- Je legt uit dat investeringen in menselijk kapitaal de toekomstige verdiencapaciteit van arbeid vergroten 

Slide 16 - Slide

Terugblik en afsluiting
  • Terugblik 1.4
  • Paragaaf 2.1
  • Volgende les! (verder met 2.1 en 2.2)
  • Extra oefenen
  • vragen? opmerkingen? 

Slide 17 - Slide