Les 5 Dieren

Terugblik
1 / 28
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Terugblik

Slide 1 - Slide

Noem de 3 kenmerken om de vier rijken te ordenen?
A
Bladgroenkorrels, celkern en cytoplasma
B
Bladgroenkorrels, celkern en celwand
C
Blad, stengel en wortel
D
Celkern, celwand en slijmvliescellen

Slide 2 - Quiz

Welke hoort niet thuis bij de 4 rijken?
A
Bacterien
B
Dieren
C
Mensen
D
Planten

Slide 3 - Quiz

Kenmerken:
Wel een celkern
Geen celwand
Geen bladgroenkorrels
A
plantaardige cel
B
schimmel
C
bacterie
D
dierlijke cel

Slide 4 - Quiz

Het Rijk van de Dieren

Slide 5 - Slide

Leerdoel

1.  Je leert het dierenrijk in te delen in 7 stammen

2. Je leert van elke stam de kenmerken

3. Je leert van elke stam een paar voorbeelden te noemen



Slide 6 - Slide

Het rijk van de dieren
Een organisme is een dier als het
 - een celkern heeft
 - geen celwand heeft
 - geen bladgroenkorrels heeft

Slide 7 - Slide

Het rijk van de dieren
Het rijk van de dieren wordt verder ingedeeld in 7 stammen 

We kijken hierbij naar
- het skelet
- symmetrie

Slide 8 - Slide


Slide 9 - Slide

Symmetrie

Het rijk van de dieren wordt onderverdeeld in stammen. Daarvoor wordt gekeken naar de symmetrie van een organisme en of het organisme een skelet heeft.

Een dier kan:
- niet-symmetrisch zijn 
of
- symmetrisch zijn (tweezijdig of veelzijdig)

Slide 10 - Slide

Symmetrie
Bestudeer een organisme. 
Bekijk of en hoe het symmetrisch is.
tweezijdig

Slide 11 - Slide

Symmetrie
Dieren zijn
- niet symmetrisch
- tweezijdig symmetrisch
- veelzijdig symmetrisch

Slide 12 - Slide

Skelet
Dieren hebben
- geen skelet
- een uitwendig skelet
- een inwendig skelet

Slide 13 - Slide

Veel dieren hebben stevige delen in het lichaam. Die delen geven naast stevigheid ook bescherming. 
Je noemt die delen 'het skelet'. Er zijn veel verschillende soorten van 'het skelet'. Soms zit het aan de buitenkant, dan noem je het een uitwendig skelet. Soms zit het aan de binnenkant, dan noem je het een inwendig skelet. 
Er zijn ook dieren die geen skelet hebben. Deze dieren leven meestal in het water.
Bijvoorbeelden van dieren zonder skelet zijn: de zee-anemoon of de kwal. 

Slide 14 - Slide

Stammen van het dierenrijk
- Sponzen
- Neteldieren
- Weekdieren
- Geleedpotigen
- Stekelhuidigen
- Gewervelden

Slide 15 - Slide

Sponzen

Kenmerken:


- niet symetrisch

skelet van stevige hoornstof

   tussen de cellen

zitten meestal vast op de 

   bodem van de zee

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Neteldieren

Kenmerken:

- veelzijdig symetrisch

- meestal geen skelet

- leven in water

vangen hun prooi met 

   tentakels

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Weekdieren

Kenmerken:


- Tweezijdig symetrisch

- Meestal een schelp of huisje

   als skelet

Inktvis
Slak
Schelpdier

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Stekelhuidigen

Kenmerken:


- veelzijdig symetrisch

inwendig skelet (kalk)

- de huid is bedekt met stekels 

   of knobbels

- leeft op de bodem

   van de zee

Zee-egel
Zeester
Zeelelie

Slide 22 - Slide

Gewerveld
Ongewerveld
Sleep naar het juiste vak

Slide 23 - Drag question


De zee-egel is
A
niet symmetrisch
B
tweezijdig symmetrisch
C
veelzijdig symmetrisch
D
tri-symmetrisch

Slide 24 - Quiz


De aquariumslak behoort tot de stam
A
neteldier
B
weekdier
C
geleedpotigen
D
stekelhuidigen

Slide 25 - Quiz

Geef een voorbeeld van een symmetrisch ongewerveld dier

Slide 26 - Open question

Geef een voorbeeld van 2 ongewervelde dieren die een verschillende lichaamsvorm hebben.

Slide 27 - Open question

Verschuif elk dier naar de juiste groep
gewervelden
ongewervelden
schildpad
vlieg
hamster
zeester
walvis
vlinder

Slide 28 - Drag question