Unité 3.5 Bijvoeglijk naamwoord: uitgangen en bijzondere vormen

Het bijvoeglijk naamwoord

Bijzondere vormen & plaats
1 / 22
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Het bijvoeglijk naamwoord

Bijzondere vormen & plaats

Slide 1 - Slide

Kies de juiste vorm:

Ses femmes .....
A
dangereux
B
dangereuses
C
dangereux
D
dangereuses

Slide 2 - Quiz

Kies de juiste vorm:

la famille ......
A
actif
B
active
C
actifs
D
actives

Slide 3 - Quiz

Kies de juiste vorm:

les filles .....
A
jaloux
B
jalouse
C
jaloux
D
jalouses

Slide 4 - Quiz

Kies de juiste vorm:

Les amis (m) .....
A
français
B
française
C
françaix
D
françaises

Slide 5 - Quiz

Wat is de correcte combinatie?

la robe = de jurk
A
Mes robes rouges
B
Mes robe rougees
C
Ma robe rougee
D
Mes robes rougs.

Slide 6 - Quiz

Zet het woord tussen haakjes in de juiste vorm:

La belle fille sportive est (nouveau).

Slide 7 - Open question

Zet het woord tussen haakjes in de juiste vorm:

C'est une (mooie) robe.

Slide 8 - Open question

Zet het woord tussen haakjes in de juiste vorm:

Les festivals (m) (international).

Slide 9 - Open question

Kies de juiste vorm:

La femme d'Obélix est aussi ....
A
gros
B
grosse
C
gros
D
grosses

Slide 10 - Quiz

Kies de juiste vorm:

C'était une ...... journée
A
long
B
longue
C
longs
D
longues

Slide 11 - Quiz

Kies de juiste vorm:

C'est un .... hôtel
A
beau
B
bel
C
belle
D
beaux

Slide 12 - Quiz

Kies de juiste vorm:

Le ..... élève
A
nouveau
B
nouvelle
C
nouvel
D
nouvelles

Slide 13 - Quiz

Kies de juiste vorm:

Les .... châteaux (m)
A
vieux
B
vieil
C
vieille
D
vieilles

Slide 14 - Quiz

Kies de juiste vorm en plaats van het bijvoeglijk naamwoord
A
La verte voiture
B
La vert voiture
C
La voiture verte
D
La voiture vert

Slide 15 - Quiz

Kies de juiste vorm en plaats van het bijvoeglijk naamwoord:
A
La jeune fille
B
La fille jeune
C
La jeunes fille
D
La fille jeunes

Slide 16 - Quiz

Kies de juiste vorm en plaats van het bijvoeglijk naamwoord:
A
La bel histoire
B
L'histoire belle
C
La belle histoire
D
L'histoire bel

Slide 17 - Quiz

Kies de juiste vorm en plaats van het bijvoeglijk naamwoord:
arts (m) = kunsten
A
Les beaux arts
B
Les arts beaux
C
Les belles arts
D
Les arts belles

Slide 18 - Quiz

Zet het woord tussen haakjes in de juiste vorm:

La (oude) femme (amoureux).
Noteer de hele nieuwe zin.

Slide 19 - Open question

Ik begrijp de uitleg van de bijzondere vormen van het bijvoeglijk naamwoord
0100

Slide 20 - Poll

Ik zou graag advies willen over hoe ik dit onderdeel het beste kan leren.
0100

Slide 21 - Poll

Stelling:
Ik moet ook oefenen met het toepassen van de bijzondere vormen van het bijvoeglijk naamwoord.
Je suis d'accord.
Je ne suis pas d'accord.

Slide 22 - Poll