Unité 3.5 Bijvoeglijk naamwoord: (bijzondere) vorm en plaats
Zet in de volgende zin het woord nouveau op de juiste plaats en in de juiste vorm: La belle fille sportive est ...... Noteer de gehele nieuwe zin.
1 / 25
next
Slide 1: Open question
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2
This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Zet in de volgende zin het woord nouveau op de juiste plaats en in de juiste vorm: La belle fille sportive est ...... Noteer de gehele nieuwe zin.
Slide 1 - Open question
Het bijvoeglijk naamwoord
Bijzondere vormen & plaats
Slide 2 - Slide
Kies de juiste vorm:
Les amis (m) .....
A
français
B
française
C
françaix
D
françaises
Slide 3 - Quiz
Kies de juiste vorm:
Ses femmes .....
A
dangereux
B
dangereuses
C
dangereux
D
dangereuses
Slide 4 - Quiz
Kies de juiste vorm:
la famille ......
A
actif
B
active
C
actifs
D
actives
Slide 5 - Quiz
Kies de juiste vorm:
les filles .....
A
jaloux
B
jalouse
C
jaloux
D
jalouses
Slide 6 - Quiz
Geef de juiste vorm van 'nieuwe':
C'est une ....... robe.
Slide 7 - Open question
Wat is de correcte combinatie?
la robe = de jurk
A
Mes robes rouges
B
Mes robe rougees
C
Ma robe rougee
D
Mes robes rougs.
Slide 8 - Quiz
Geef de juiste vorm van 'international':
Les festivals (m) ........
Slide 9 - Open question
Hoe weet ik of een zelfstandig naamwoord mannelijk, vrouwelijk en enkelvoud of meervoud is?
Slide 10 - Open question
Kies de juiste vorm:
La femme d'Obélix est aussi ....
A
gros
B
grosse
C
gros
D
grosses
Slide 11 - Quiz
Kies de juiste vorm:
C'était une ...... journée
A
long
B
longue
C
longs
D
longues
Slide 12 - Quiz
Kies de juiste vorm:
C'est un .... hôtel
A
beau
B
bel
C
belle
D
beaux
Slide 13 - Quiz
Kies de juiste vorm:
L'hôtel est ....
A
beau
B
bel
C
belle
D
beaux
Slide 14 - Quiz
Kies de juiste vorm:
Le ..... élève
A
nouveau
B
nouvelle
C
nouvel
D
nouvelles
Slide 15 - Quiz
Kies de juiste vorm:
L'élève (m) est ....
A
nouveau
B
nouvelle
C
nouvel
D
nouvelles
Slide 16 - Quiz
Kies de juiste vorm:
Les .... châteaux (m)
A
vieux
B
vieil
C
vieille
D
vieilles
Slide 17 - Quiz
Kies de juiste vorm en plaats van het bijvoeglijk naamwoord
A
La verte voiture
B
La vert voiture
C
La voiture verte
D
La voiture vert
Slide 18 - Quiz
Kies de juiste vorm en plaats van het bijvoeglijk naamwoord:
A
La jeune fille
B
La fille jeune
C
La jeunes fille
D
La fille jeunes
Slide 19 - Quiz
Kies de juiste vorm en plaats van het bijvoeglijk naamwoord:
A
La bel histoire
B
L'histoire belle
C
La belle histoire
D
L'histoire bel
Slide 20 - Quiz
Kies de juiste vorm en plaats van het bijvoeglijk naamwoord: arts (m) = kunsten
A
Les beaux arts
B
Les arts beaux
C
Les belles arts
D
Les arts belles
Slide 21 - Quiz
Zet in de volgende zin de woorden beau en sportif op de juiste plaats en in de juiste vorm: La ....... fille ....... est amoureuse. Noteer de gehele nieuwe zin.
Slide 22 - Open question
Ik begrijp de uitleg van de bijzondere vormen van het bijvoeglijk naamwoord
Slide 23 - Poll
Ik zou graag advies willen over hoe ik dit onderdeel het beste kan leren.
Slide 24 - Poll
Stelling: Ik moet ook oefenen met het toepassen van de bijzondere vormen van het bijvoeglijk naamwoord.