Quiz Deeltjes en Straling

Quiz - deeltjes en straling
Log in via Lessonup.app met de code linksonder in beeld
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Quiz - deeltjes en straling
Log in via Lessonup.app met de code linksonder in beeld

Slide 1 - Slide

De atoomkern is lading-neutraal
A
juist
B
onjuist

Slide 2 - Quiz

Een positron heeft dezelfde massa als een elektron.
A
juist
B
onjuist

Slide 3 - Quiz

De naam van een atoom wordt bepaald door het massagetal.
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quiz

De isotopen van een atoom verschillen in aantal protonen.
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quiz

Alfa-straling is zwakke elektromagnetische straling
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quiz

Een lichtdeeltje is een foton.
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quiz

Straling die bestaat uit elektronen noemen we bèta-straling
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quiz

Er bestaat bèta-min en bèta-plus-straling.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Bèta-plus straling bestaat uit positieve deeltjes.
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quiz

De energie van een alfa-deeltje hangt af van zijn massa.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

De energie van een elektron hangt af van zijn snelheid.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

Een positron is als een elektron, maar met positieve lading.
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quiz

Alfa-, bèta- en gammastraling kan ontstaan bij radioactief verval.
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quiz

De isotoop die ontstaat na verval van een instabiele isotoop is altijd stabiel.
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quiz

De halveringstijd van een radioactieve stof wordt korter naarmate er meer kernen zijn vervallen.
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quiz

De activiteit van een radioactief preparaat is evenredig met het aantal vervallen kernen.
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quiz

De energie van een foton hangt af van zijn snelheid.
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quiz

Een vervalreeks van radioactieve isotopen stopt bij een stabiele isotoop.
A
juist
B
onjuist

Slide 19 - Quiz

Het doordringend vermogen van alfa deeltjes is groter dan dat van bèta- en gammastraling.
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quiz

Het ioniserend vermogen van alfa-deeltjes is groter dan dat van bèta- en gammastraling.
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quiz

Zichtbaar licht is een vorm van gammastraling.
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

Een alfa-deeltje is een Helium-kern.
A
juist
B
onjuist

Slide 23 - Quiz

Een proton wordt ook wel positron genoemd.
A
juist
B
onjuist

Slide 24 - Quiz

Een proton heeft exact dezelfde lading als een positron.
A
juist
B
onjuist

Slide 25 - Quiz

Bij bèta-min verval is een neutron een proton + elektron geworden.
A
juist
B
onjuist

Slide 26 - Quiz

Een bèta-min-deeltje is een elektron.
A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quiz

De orde van grootte van de energie van een gamma-foton is één elektron volt.
A
juist
B
onjuist

Slide 28 - Quiz

Een bèta-plus-deeltje is een proton.
A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quiz

Een alfa-deeltje bestaat uit twee protonen en twee neutronen.
A
juist
B
onjuist

Slide 30 - Quiz

Na drie halveringstijden is nog 25% van het aantal kernen over.
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quiz