Taal actief groep 4, thema 7, week 4, les 19

• Taal
• Basisschool
• Groep 4

Thema 7 week 4

Les 19

Maak een zin!

Lidwoord - de/het/een

Bijvoegelijk naamwoord - zegt iets over…

Zelfstandig naamwoord - mens, dier, ding

Welk bijvoegelijk naamwoord of zelfstandig naamwoord past?

Geheim agent 208 geeft Leo een klein…

1. Paard
2. Huis
3. Pakje

In het pakje zit een lange…

Sleutel 

Vogel 

Wortel

Opfrisser!!

Lidwoord

De sleutel past op een … kist.

1. Groene
2. Goede
3. Derde

In de kist ligt een … brief. 

Zesde

Korte

Wilde

Opfrisser!!

Bijvoegelijk naamwoord

In de brief staat een … geheim.

1. Nat
2. Zwaar
3. Groot
4. Lief

Opfrisser!!

Zelfstandig naamwoord

Maak de zin af met een lidwoord, een zelfstandig naamwoord, bijvoegelijk naamwoord. 

De filmster Mario krijgt….
de/het/een mooie/beste/leukste rol/hoofdrol/prijs

Op het toneel staat…
de/het/een lange/kleine/sterke
meisje/bezem/man

Maak een zin van het groepje van 3
LW/BNW/ZNW

Maak een zin van het groepje van 3
LW/BNW/ZNW

De schouwburg

1. Een kunstwerk
2. Een gebouw waar toneelstukken zijn te zien.
3. Een brug
4. Een heel groot schilderij

Kunst 

Een hele grote kabouter. 

Vaak mooie dingen die mensen hebben gemaakt. 

De kunst van het dansen. 

Eigenaardig

De galerie

1. Een gymzaal
2. Een ruimte waar je kunst kunt bekijken

Het ballet

Het toneel

1. Een kwast om te schilderen.
2. Een podium
3. Een verhoging in een zaal
4. Hier worden toneelstukken gedaan

Wat heeft een ballerina met een pirouette te maken?

Overdrijven

Gedurende betekend dat iets gelijk stopt

Waar

Niet waar

Wanneer glunder jij?

De scène betekend een stukje uit een toneelstuk of film

Waar

Niet waar

https://www.digipuzzle.net/minigames/classichangman/hangmanquiz_nl_bijvoeglijke_naamwoorden_eduspel.htm

https://www.digipuzzle.net/minigames/classichangman/hangmanquiz_nl_voorzetsels_eduspel.htm

Wat vond je van deze taal les?