CH 5 Cours 13

1 / 18
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Programme pour mercredi, 7 mai
 grammaire H - la suite
faire exercices

Slide 2 - Slide

Objectifs

- je kan een tekst over dieren begrijpen

- je kent de plaats van het bijvoeglijk naamwoord 
- je kent de regelmatige vorm van het bijvoeglijk naamwoord

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Wat is een
bijvoeglijk naamwoord?
A
Dat zijn namen van mensen, dieren of dingen.
B
Dat zegt iets over zelfstandige naamwoorden.
C
Dat is een werkwoord.

Slide 6 - Quiz

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
Ma soeur est _____ (petit)

Slide 7 - Open question

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
Les profs sont _____ (méchant)

Slide 8 - Open question

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?
A
La plage est petit
B
La plage est petits
C
La plage est petite
D
La plage est petites

Slide 9 - Quiz

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?
A
Le lit est grand.
B
Le lit est grande.

Slide 10 - Quiz

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?
A
La fleur est vert
B
La fleur est verte

Slide 11 - Quiz

plaats voor het zelfst. naamw
regelmatig:
grand = groot
petit = klein
onregelmatig
beau = mooi 
nouveau = nieuw
vieux = oud
bon = goed

plaats achter het zelfst. nw
kleuren +
timide = verlegen
content = tevreden
sympa = aardig
drôle = grappig
triste = verdrietig
célèbre = beroemd

Slide 12 - Slide

uitgang bij vaste
Geen aanpassing
rouge      la voiture rouge
célèbre   une personne célèbre

Uitspraak e (uh)
en é bij vrouwelijk enkelvoud
Wel aanpassing
ma matière préférée  !


Uitspraak é (ee)

Slide 13 - Slide

Herhaling: bloc H
Uitzonderingen: beau/belle, nouveau/nouvelle, vieux/vieille, bon/bonne


ml ev
vl ev
ml mv
vl mv
goed
bon
bonne
bons
bonnes
mooi
beau
belle
beaux
belles
nieuw
nouveau
nouvelle
nouveaux
nouvelles
oud
vieux
vieille
vieux
vieilles

Slide 14 - Slide

bloc H
faire exercices:
30 A + B + D + E
31 A, B, C, D

Slide 15 - Slide

lundi, 12 mai
apprendre: bloc H  alle groene blokken
+  alle aantekeningen

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video