4.2 De industriële samenleving(1)

Begintaak
Lees en bekijk bron 1 op blz 25 (TH)  blz 26 (HA)
Noteer de antwoorden van vraag 1 in je schrift


timer
1:00
1 / 26
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Begintaak
Lees en bekijk bron 1 op blz 25 (TH)  blz 26 (HA)
Noteer de antwoorden van vraag 1 in je schrift


timer
1:00

Slide 1 - Slide

Vorige lessen
H4.1
De eerste fabrieken
Oorzaken en gevolgen van de Industrialisatie
De Romantiek (HA)

video: de I.R.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

4.2 De industriële samenleving 
  • Je kunt uitleggen hoe de werk- en leefomstandigheden van de arbeiders waren.


  • Je kunt uitleggen wat een klassenmaatschappij is en hoe die verschilde van een standensamenleving.

Slide 4 - Slide

begrippen
urbanisatie
kapitalisme
klassen
klassenmaatschappij

Slide 5 - Slide

Maak in je schrift een tabel. 
Links: woonomstandigheden/ rechts: werkomstandigheden
Woonomstandigheden
Werkomstandigheden
-
-
-
-
-

schrijf zo veel mogelijk steekwoorden op over de omstandigheden die je ziet in de volgende video's

Slide 6 - Slide

Videofragment 
Hierop moet je letten tijdens de video:

In welke omstandigheden werkt men.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Werkomstandigheden
  • Saai en/of gevaarlijk werk
  • vrouwen en kinderen
  • Lange dagen (14 uren)
  • lawaai en smerig
  • Lage lonen
  • Geen rechten

Slide 9 - Slide

Videofragment Daens
Hierop moet je letten tijdens de video:

In welke omstandigheden leefde men.
Speelt geloof een belangrijke rol in het leven?

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Leefomstandigheden

  • Kleine en slechte woningen onder de schoorstenen van de fabrieken
  • Veel gezinsleden
  • Slecht voedsel
  • Slechte hygiëne zorgt voor ziektes als cholera en TBC

Slide 12 - Slide

Leefomstandigheden

  • Hoge kindersterfte (arbeidersvrouwen gaven geen borstvoeding).
  • Slechte hygiëne zorgt voor ziektes als cholera en TBC.

  • Drankmisbruik

Slide 13 - Slide

Lees de tekst op blz 26 (th) 27 (ha)
Vul je schema aan met de informatie 

Noteer in je schrift:
Urbanisatie: (geef de betekenis)
timer
1:00

Slide 14 - Slide

4.2 De industriële samenleving 
  • Je kunt uitleggen hoe de werk- en leefomstandigheden van de arbeiders waren.


  • Je kunt uitleggen wat een klassenmaatschappij is en hoe die verschilde van een standensamenleving.

Slide 15 - Slide

Lees blz 27 (th)
blz 28(ha)
Lees de tekst'
onderstreep de betekenis van kapitalisme
noteer in je schrift
klasse (betekenis)
klassenmaatschappij (betekenis)
timer
4:00

Slide 16 - Slide

De klassenmaatschappij
  • Door het kapitalisme veranderde de samenleving.
  • De standensamenleving verdween: geestelijken en adel waren niet meer zo belangrijk. 

Slide 17 - Slide

noteer zoveel mogelijk kenmerken bij iedere klasse
timer
4:00
klasse
kenmerken
ondernemers



middenklasse


arbeiders



Slide 18 - Slide

klasse
kenmerken
ondernemers



kleine groep
rijk
kapitaal
goede woonomstandigheden
middenklasse


geschoold, winkeliers, schoolmeesters, kantoorpersoneel
arbeiders



grootste groep
geen bezit
hard werken
slechte woonomstandigheden

Slide 19 - Slide

Klassenmaatschappij

Slide 20 - Slide

Klassenmaatschappij
ondernemersklasse
middenklasse
arbeidersklasse

Slide 21 - Slide

Aan de slag! TH blz 25 /HA blz 30
Maak opdr 4 t/m 9 van par 4.2 
Indien je moeite hebt met de uitleg: Lees par 4.2

klaar: 
timer
15:00

Slide 22 - Slide

toetsvraag
Gebruik bron 1
Een historicus gebruikt deze bron om aan te tonen dat de
Industriële Revolutie naast economische veranderingen ook sociale veranderingen tot gevolg heeft.
Ondersteun deze conclusie door, telkens met een voorbeeld uit de bron:
--> een economische verandering van de Industriële Revolutie te noemen die uit deze bron blijkt en
--> een sociale verandering door de Industriële Revolutie te noemen die uit deze bron blijkt.

Slide 23 - Slide

EXAMENVRAAG
Vanaf 1870 kwamen er in Nederland steeds meer fabrieken. In deze fabrieken gingen veel kinderen werken.
Geef één argument van een voorstander en één argument van een tegenstander van kinderarbeid in fabrieken.
Doe het zo:
voorstander: ... (geef één argument) 
tegenstander: ... (geef één argument)
Tegenstanders
Het werk in fabrieken is ongezond/riskant/vermoeiend voor kinderen. Kinderarbeid zou niet nodig moeten zijn om het inkomen van volwassenen aan te vullen. Kinderen hebben recht op onderwijs. De werktijden zijn te lang.
Voorstanders
Kinderen zijn goedkope arbeidskrachten. Kinderen kunnen het geringe gezinsinkomen aanvullen / het gezin lijdt minder armoede. Kinderen kunnen het fijne handwerk verrichten dat door volwassenen niet gedaan kan worden. Het is gezond om op jonge leeftijd lichamelijke arbeid te verrichten.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video