Les 6/7 DA3B 2023-2024 Palliatieve terminale zorg en kijk op levenseinde

Professionele Vaardigheden




Periode 1
Leerjaar 3
Les 6 en 7 gecombineerd
1 / 13
next
Slide 1: Slide
TriageMBOStudiejaar 3

This lesson contains 13 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Professionele Vaardigheden




Periode 1
Leerjaar 3
Les 6 en 7 gecombineerd

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesindeling
  1. Welkom + Osiris (5 min.)
  2. Leerdoelen (5 min.)
  3. Vorige les (10 min.)
  4. Palliatieve/terminale zorg (15 min.)
  5. Visies op de dood (15 min.)
  6. Sterfstijlen
  7. Zelf aan de slag (20 min.)
  8. Afronding + huiswerk (5 min.)

Slide 2 - Slide

10 min. speling
Leerdoelen
  • Vertellen wat palliatieve zorg inhoudt - 4 fasen 
  • Vertellen op welke manier palliatieve terminale zorg vergoed wordt
  • Vertellen welke visies er op de dood zijn
  • Uitleggen wat er bedoeld wordt met draagkracht en draaglast

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat was het ook alweer?
Curatieve zorg
Palliatieve zorg
Terminale zorg 


Slide 4 - Slide

Curatief: gericht op genezing
Palliatief: gericht op kwaliteit van leven
Terminaal: gericht op kwaliteit van sterven
Palliatieve terminale zorg
Palliatieve terminale zorg:
  • Thuis, bij ouders, hospice of bijna-thuis-huis
  • Zorg blijft beschikbaar tot overlijden

Financiering:
  • Wet Langdurige Zorg (WLZ): met indicatie, eigen bijdrage
  • Zorgverzekering: geen eigen bijdrage, soms vergoeding

Slide 5 - Slide

Hospice als u niet meer kunt genezen
In een hospice kunt u terecht als u niet meer kunt genezen. Hospices zijn kleinschalig opgezet en huiselijk ingericht. U komt in aanmerking voor een hospice als uw levensverwachting korter is dan drie maanden.
Er is een ondertekende verklaring van een arts nodig waarin dit staat. Een huisarts, wijkverpleegkundige, transferverpleegkundige of medisch specialist kan u verwijzen naar een hospice. Maar u kunt u ook zelf aanmelden. Er zijn twee verschillende soorten hospices:
Het High-Care hospice. In een High-Care hospice is 24 uur per dag een verpleegkundige aanwezig. Ook hebben sommige High-Care hospices een eigen arts.
Het Bijna-thuis-huis. Hier zijn geen zorgprofessionals in dienst. Vrijwilligers werken samen met bijvoorbeeld wijkverpleegkundigen.
De verantwoordelijkheid voor de medische zorg ligt bij uw eigen huisarts, of bij een arts die verbonden is aan het hospice.
De kosten voor een hospice worden meestal vergoed. Er zijn verschillende mogelijkheden: de Wet langdurige zorg (Wlz), de regeling Eerstelijns verblijf (ELV) of de aanvullende verzekering.
= palliatieve zorg genoemd. Mensen die worden opgenomen in een hospice hebben een levensverwachting van ongeveer drie maanden.
WLZ
  • Hoe gaat een aanvraag voor de WLZ in zijn werk?
  • Wat valt er allemaal onder de WLZ? 

Slide 6 - Slide

Aanvraag: via het CIZ - zie lesmateriaal

Medische zorg en behandeling van aandoeningen
Hulpmiddelen zoals een rolstoel.
Medicijnen
Dagbesteding (ook via begeleiding aan huis)
Huishoudelijke hulp
Vervoer 

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Palliatieve terminale zorg
4 Fasen van palliatieve terminale zorg:
  1. Ziektegerichte palliatie
  2. Symptoomgerichte palliatie
  3. Palliatie in de stervensfase
  4. Nazorg

Slide 8 - Slide

1. ziektegerichte palliatie: ziekte wordt nog behandeld zonder dat genezing mogelijk is

2. Symptoomgerichte palliatie: verlichten en onder controle houden van symptomen

3. Stervensfase: kwaliteit van sterven

4. Nazorg voor naasten

DA en huisarts zorgen ervoor dat een patiënt gemarkeerd wordt als zijnde palliatief/terminaal. Bij triage kan er dan gelijk worden verwezen naar betreffende arts
Waarom goede overdracht in HIS belangrijk? 
Waarom is het zo belangrijk dat de communicatie over palliatieve/terminale zorg duidelijk is.
Denk aan overdracht tussen huisarts en spoeddienst? 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Kijk op het levenseinde

Slide 10 - Mind map

Vertel eens; hoe kijk jij aan tegen het levenseinde en sterven?


Sterfstijlen
Mensen kijken verschillend tegen het naderende overlijden aan:
  • De Vertrouwenden
  • De Socialen
  • De Rationelen
  • De Proactieven
  • De Onbevangenen

Slide 11 - Slide

Stichting STEM: Sterven op eigen manier
Veel mensen, ook zorgverleners, staan niet open voor een gesprek over doodgaan. Om toch een brug te slaan, moet bekend zijn welke opvattingen mensen hebben over de laatste levensfase en op welke manier ze het best kunnen worden benaderd.

De stichting STEM heeft de sterfstijlen ontwikkeld die gericht zijn op verbetering van de communicatie met de patiënt over het levenseinde
Sterfstijlen (2)
  1. Vertrouwend: 'De dood hoort bij het leven'
  2. Sociaal: 'Sterven tussen familie en vrienden'
  3. Rationeel: 'De dood, daar praten we niet over'
  4. Proactief: 'Ik bepaal hoe en waar ik wil sterven'
  5. Onbevangen: 'De dood is een ver-van-mijn-bed-show'

Slide 12 - Slide

  1. Vertrouwend: vaak gelovig/religieus. Weinig angst voor de dood (hemel), hebben behoefte aan rouwrituelen (dominee op bezoek, begrafenisdienst etc.)
  2. Sociaal: Angst/afkeer voor de dood, schuiven praten erover voor zich uit. Volgen wat gebruikelijk is en gaan ervan uit dat alles voor hen geregeld wordt als het zover is.
  3. Rationeel: hardwerkend, hechten waarde aan uiterlijk en status. Willen de controle houden, plannen zonder gevoelens.
  4. Proactief: Denken en praten erover. Hebben het meest geregeld. Van uitvaartverzekering, donorcodicil en testament tot wensenboekje, euthanasieverklaring en wel/niet reanimeren.
  5. Onbevangen: Vaak jonge mensen. Houden van genieten, grenzen verkennen en leven hun leven op een eigenzinnige manier. Willen alles uit leven halen, niet bezig met dood (weinig ervaring, vermijden).
Portfolio
Opdrachten tot nu toe: 
1. CVRM
2. Slechtnieuwsgesprek
3. Palliatieve terminale zorg 
Volgende week laatste les periode 1 
4. Na het overlijden - opdracht staat op Cum Laude

Slide 13 - Slide

This item has no instructions