4.1 Welvaart

4.1 Welvaart
1 / 23
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

4.1 Welvaart

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
Uitleg 4.1
Lezen 4.1
Quizvragen
Maken opdrachten

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
- Je weet  wat het bbp/inwoner is.
- Je kunt het verband tussen het bbp/inwoner en de verdeling van de beroepsbevolking uitleggen.
- Je begrijpt dat de armoedegrens verschilt  naar welvaartgraad.
- Je kunt landen op basis van het bbp/inwoner indelen in vier categorieën. 

Slide 3 - Slide

steeds rijker
Levensomstandigheden verbeteren wereldwijd door:
  • verbeterde omstandigheden
  • scholing
  • beter drinkwater
  • vaccinaties


Slide 4 - Slide

Meten van welvaart
Twee manieren om welvaart te meten zijn:
1.  Het bruto binnenlands product per inwoner (bbp/inwoner) van de bevolking.
2. De verdeling van de beroepsbevolking.


Slide 5 - Slide

1. BBP

Bruto binnenlands product

Hoeveel geld wordt er in totaal in een land verdiend?


Slide 6 - Slide

2. Verdeling beroepsbevolking: 

Alle mensen die werken tegen betaling + de werklozen

1. Primaire sector
Landbouw, mijnbouw, visserij
2. Secundaire sector
Industrie, bouw
3. Tertiaire sector
Diensten

Slide 7 - Slide

             beroepssectoren
Alle mensen die tegen betaling werken (plus de werklozen) horen bij de beroepsbevolking. De beroepsbevolking is verdeeld in drie sectoren:
  • De primaire sector (landbouw, mijnbouw, visserij)
  • De secundaire sector (industrie, ambacht, bouw)
  • De tertiaire sector (diensten, zoals handel, verkeer en overheidsdiensten)

Slide 8 - Slide

Primaire sector

Slide 9 - Slide

Secundaire sector

Slide 10 - Slide

Tertaire sector

Slide 11 - Slide

hoe-hoe zin
Hoe hoger de welvaart, hoe meer mensen in de dienstensector werken.

Hoe lager de welvaart, hoe meer mensen in de landbouw werken.

Slide 12 - Slide

De wereld ingedeeld op ontwikkelingsgraad
Je kunt landen op basis van welvaart en welzijn indelen in vier groepen:

  1. lage-inkomenslanden. (Periferie)
  2. Lage-Middeninkomenslanden (semiperiferie)
  3. Hoge-Middeninkomenslanden (semiperiferie)
  4. Hoge-inkomenslanden (centrumlanden)

Slide 13 - Slide

Welvaart en de verdeling van de beroepsbevolking
Wat valt je op aan de kaart?   

Slide 14 - Slide

Leerdoelen
- Je weet  wat het bbp/inwoner is.
- Je kunt het verband tussen het bbp/inwoner en de verdeling van de beroepsbevolking uitleggen.
- Je begrijpt dat de armoedegrens verschilt  naar welvaartgraad.
- Je kunt landen op basis van het bbp/inwoner indelen in vier categorieën. 

Slide 15 - Slide

Heb je na het lezen alle vragen goed beantwoord? Dan mag je alvast aan het werk.

Slide 16 - Slide

Lezen
Paragraaf 4.1 Welvaart
Bladzijde 172

Slide 17 - Slide

Het bbp per inwoner is:
A
Bruto binnenlands product per inwoner
B
Binnenlands Belgisch product per inwoner
C
Binnenlands bruto product per inwoner
D
Belgisch binnenlands product per inwoner

Slide 18 - Quiz

Nog een keer maar dan in de eigen woorden: De letters bbp staan voor:

Slide 19 - Open question

Zet de woorden juist in de zin:
Hoe (hoger/lager) het bbp, hoe (meer/minder mensen in de primaire sector werken.

Slide 20 - Open question

Verbind de juiste sector met juiste het gebied van de centrum-periferie model?
Tertaire sector
Secundaire sector
Primaire sector
Centrum
Semi-periferie
Periferie

Slide 21 - Drag question

semi-periferie
Centrum
Periferie

Slide 22 - Drag question

Maken paragraaf 4.1 
Opdracht 2 t/m 6
Klaar? maak opdracht 1 
timer
10:00

Slide 23 - Slide