Taalverzorging - stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Grammatica
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Grammatica

Slide 1 - Slide












Log in op lesson up
Geen rare naam gebruiken natuurlijk
Geen gei(n)tjes!

Slide 2 - Slide

Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord geeft aan van welk materiaal het zelfstandig naamwoord is gemaakt.

Voorbeeld:
-de ijzeren auto
-de houten kruk


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
 Vertelt van welk materiaal iets is gemaakt.



hout
leer

wol

goud
metaal
papier
karton

Slide 6 - Slide

Uitzonderingen
Nieuwe materialen schrijven we niet met -en. 
Een paar voorbeelden zijn:
polyester
plastic
nylon
suède

Slide 7 - Slide


De .... supporters gingen uit hun dak.
A
extra
B
fanatieke
C
slim
D
warme

Slide 8 - Quiz

Wat is het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?

Tim krijgt een nieuw bed.

A
Tim
B
krijgt
C
nieuw
D
zit er niet in.

Slide 9 - Quiz


Omdat ik jarig ben, krijg ik een .... gebakje.
A
extra
B
warme
C
fanatieke
D
elektrische

Slide 10 - Quiz


Het jongetje dat de kennisquiz won, was erg .....
A
vers
B
warm
C
fanatieke
D
slim

Slide 11 - Quiz

Bijvoeglijk naamwoord?

Marco heeft de gratis app gedownload.
A
heeft
B
app
C
gratis
D
gedownload

Slide 12 - Quiz

Wat is het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?

Chris draagt een linnen broek.
A
Chris
B
linnen
C
broek
D
zit er niet in

Slide 13 - Quiz

Bijvoeglijk naamwoord?
Het mes is bot en toch gebruik je het om het taaie vlees te snijden.
A
mes
B
bot - taaie
C
snijden
D
vlees

Slide 14 - Quiz

Bijvoeglijk naamwoord?

Het roze T-shirt paste helemaal niet goed bij zijn bruine schoenen.
A
T-shirt
B
niet goed
C
roze - bruine
D
roze T-shirt

Slide 15 - Quiz

Wat is het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?

In mijn haar zit een elastieken bandje.

A
mijn
B
haar
C
elastieken
D
bandje

Slide 16 - Quiz

Wat is het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?

Saar draagt zilveren oorbellen.

Slide 17 - Open question

Bijvoeglijk naamwoord
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

  gele

mooie

metalen

 glazen

  ijzeren

rechte

Slide 18 - Drag question

Wat is het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?

Isa loopt graag met de bruine hond.

Slide 19 - Open question

De ... jurk (zijde)
A
zijd
B
zijde
C
zijden
D
zijdden

Slide 20 - Quiz

Het ... beeld (brons)
A
brons
B
bronze
C
bronzen
D
bronsen

Slide 21 - Quiz


Opdrachten
Ga naar blz. 63 van je boek

Slide 22 - Slide