Verpleegkundig Rekenen les 2

Verpleegkundig Rekenen


Les 2
Silvia Correia Sanches
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Verpleegkundig Rekenen


Les 2
Silvia Correia Sanches

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesagenda
11.45 - 11.50 uur Inleiding
11.50 - 11.55 uur vorige les
11.55 - 12.15 uur Infusie
12.15 - 12.30 uur oefenen
12.30 - 12.40 uur samenvatten, terugkijken
12.40 - 12.45uur volgende week
12.45 uur afsluiting

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
  • Je kan de verschillende druppelsoorten benoemen en omrekenen naar ml
  •  Je kan de druppelsnelheid en pompstand berekenen 
  • Je kan zuurstof inhoud berekenen 
  • Je kan samenwerken met klasgenoten
  • Je doet actief mee met de les

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Vorige les
socrative
IE
O2
Infuus

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Is een druppel altijd even groot?
Ja
Nee

Slide 5 - Poll

Nee!
Kijk naar olie en water als je het zal druppelen op keukenpapier
olie is meer als water
Hoe zit het dan met ml? Is dat altijd even groot?
1 liter = .......ml

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Vuistregels
1 ml = 20 druppels


1 ml = 18 druppels


1 ml = 16 druppels



Slide 8 - Slide

Tenzij anders vermeld
5ml=.........druppels
1000ml=........druppels
30druppels=........ml
30000druppel=........liter

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Druppelsnelheid en Pompstand
FORMULE
Berekenen druppelsnelheid per minuut

Totale hoeveelheid druppels : totale inlooptijd (in min.) = ANTWOORD 
FORMULE
Berekenen inloopsnelheid in ml per uur
 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Een zakje van 100 ml antibiotica moet in 30 minuten inlopen…
Hoeveel ml is dat per minuut?
Wat is dan de druppelsnelheid?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Ga naar socrative 
Roomnaam SANCHES4246
timer
15:00

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Zuurstof
  • Zuurstof uit fles heet cilinder. In verschillende maten
  • Druk in fles heet BAR
  • Druk (staat op het klokje) X Inhoud cilinder  =Totale hoeveelheid beschikbare zuurstof.(voorraad) 

Slide 13 - Slide

1 BAR = 1 atmosfeer

Hoeveel liter zuurstof zit er in een fles van 2 liter bij een druk van 1 BAR?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Hoeveel zuurstof zit er in een 40-litercilinder met een druk van 120 atmosfeer?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

De druk in een 10 liter cilinder is 40 atmosfeer. Je moet een patiënt 2 liter/minuut toedienen.
Na hoeveel tijd is de cilinder leeg?

Slide 16 - Open question

Een cilinder van 10 liter met een druk van 30 atmosfeer is al na 1 uur leeg, veel sneller dan de bedoeling was. In plaats van 2 liter/minuut is de flow kennelijk hoger geweest.
Hoe hoog is de flow geweest?

Hoe kijken we terug naar de les. Noem 1 tip en 1 top

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Lesdoelen
  • Je kan de verschillende druppelsoorten benoemen en omrekenen naar ml
  •  Je kan de druppelsnelheid en pompstand berekenen 
  • Je kan zuurstof inhoud berekenen 
  • Je kan samenwerken met klasgenoten
  • Je doet actief mee met de les

Slide 18 - Slide

This item has no instructions