3x1 BME - Spelling blok 2 en 3

1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

verkleinwoorden

1. stemmetje is het verkleinwoord van stem.
2. blaadje is het verkleinwoord van blad.
A
1 = goed 2 = niet goed
B
1= niet goed 2 = goed
C
1 = goed 2 = goed
D
1 =niet goed 2 = niet goed

Slide 2 - Quiz

Verkleinwoorden
A
display'tje
B
displaytje

Slide 3 - Quiz

Verkleinwoord.
Wat is het verkleinwoord van de kano?
A
Kano'tje
B
Kanotje
C
Kanoo'tje
D
Kanootje

Slide 4 - Quiz

Verkleinwoorden
A
skietje
B
ski'tje

Slide 5 - Quiz

zee
bacterie
idee
slee
drie
porie
olie
braderie 
Meervoud op -iën
meervoud op -ieën
meervoud op -eën

Slide 6 - Drag question

Sleep het woord naar de juiste meervoudsvorm
meervouden met een -s
meervouden op 's
pinda
repetitie
menu
paraplu
pyjama
bezem

Slide 7 - Drag question

Tekst
journalist
Taxi
Telefoon
kano
figuur
duim
dictee
Meervoud op -en
Meervoud op -s
Meervoud op 's
collega

Slide 8 - Drag question

Apostrof of niet?


A
Karins handtas
B
Karin's handtas
C
Karins' handtas
D
Karins's handtas

Slide 9 - Quiz

Waar komt de apostrof?
A
s' woensdags
B
's woensdags
C
M&Ms'
D
A'4tje

Slide 10 - Quiz

geen trema 





























trema
atheneum
egoisme
drieendertig
gekopieerd 
officieel 

Slide 11 - Drag question

Slide 12 - Slide

koppelteken -
Basisregel:
Je schrijft samenstellingen aan elkaar
Voet+bal = voetbal
Voet+bal+schoenen = voetbalschoenen

Slide 13 - Slide

Klinkerbotsing bij samenstelling

Slide 14 - Slide

Vaste uitdrukking 1 geheel

Slide 15 - Slide

Wanneer een koppelteken?
Bij cijfers, letters en andere tekens
50-plusser, T-shirt, $-teken, 112-melding

Bij dubbele achternamen
Mevrouw Van der Wal-De Vries

Bij een functie, rang of titel
minister-president Rutte, assistent-trainer

Bij een combinatie met niet-, ex-, non-, oud (voorbepaling)
Non-alcohol, ex-vriendin, niet-roken

Bij afkortingen, klinkerbotsingen en tussen gelijkwaardige delen in een samenstelling
cd-speler, EU-landen, gala-avond, diploma-uitreiking, woon-werkverkeer

Slide 16 - Slide

met koppelteken
zonder koppelteken
(aan elkaar)
NAVO landen
aids vaccin
Amsterdam West
X benen
Frans man
oud voetballer
vwo diploma
amateur speler
non stop
niet roker
© teken
Zuid Afrikaans
pvda politicus
semi prof
mee eten
maandag ochtend
stage uren
stage plaats
niet officieel
CL loting

Slide 17 - Drag question

Koppelteken?
A
€-teken
B
€ teken

Slide 18 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
hotel restaurant
B
hotel-restaurant

Slide 19 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
minijurk
B
mini-jurk

Slide 20 - Quiz

wel of geen koppelteken?
A
cameraopstelling
B
camera-opstelling

Slide 21 - Quiz

wel of geen koppelteken
A
A4 formaat
B
A4-formaat

Slide 22 - Quiz

wat is een koppelteken?
A
is een leesteken dat wordt gebruikt als scheidingsteken tussen delen van een zin
B
is een leesteken dat onderdelen van samenstellingen met elkaar verbindt.
C
is een leesteken dat wordt gebruikt om nadruk te geven aan een woord of zin
D
Geen één antwoord is juist

Slide 23 - Quiz

Koppelteken?
A
80 jarige
B
80-jarige

Slide 24 - Quiz

Spelling blok 1: opdracht 1, 3 en 4

Spelling blok 2: opdracht 1 t/m 5

Slide 25 - Slide

Vooruitblik
Spelling blok 4:
herhaling samenstellingen
tussenletters in samenstellingen

Slide 26 - Slide