TopTaal A0A1 2 december

Wat gaan we vandaag doen?
- kijken naar een voorbeeldtoets
- de woorden van 9.2
- aanwijzende voornaamwoorden
- thema 9, deel 3
- creatief schrijven: een sinterklaas gedicht
1 / 35
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wat gaan we vandaag doen?
- kijken naar een voorbeeldtoets
- de woorden van 9.2
- aanwijzende voornaamwoorden
- thema 9, deel 3
- creatief schrijven: een sinterklaas gedicht

Slide 1 - Slide




De woorden van 9.1 en 9.2

Slide 2 - Slide

Sommige slangen zijn .................... Als ze je bijten word je erg ziek.
A
giftig
B
heet
C
namelijk
D
beter

Slide 3 - Quiz

Het kleutertje ................ het kleed van de tafel.
A
trek
B
treekt
C
trekt
D
trekken

Slide 4 - Quiz

Vul dit formulier in en zet je handtekening..........................
A
het gevoel
B
overal
C
tussen
D
hieronder

Slide 5 - Quiz

Er staan meestal veel .................... in een kinderboek.
A
liever
B
veilig
C
plaatjes
D
voorzichtig

Slide 6 - Quiz

.................. .................. in het verkeer! Het is erg druk.
A
Uit kijk
B
Is uitkijken
C
Uitkijken willen
D
Kijk uit

Slide 7 - Quiz

Waar hou jij het ................ van? Ik vind pizza het lekkerst.
A
meest
B
minder
C
beter
D
groter

Slide 8 - Quiz

Van wie is deze fiets? Is het ................ fiets?
A
wij
B
hem
C
mij
D
jouw

Slide 9 - Quiz

Ingrid heeft een nieuwe vriend. Wij zijn heel ..................... naar hem!
A
tip
B
nieuwsgierig
C
gevoel
D
rustig

Slide 10 - Quiz

We kennen Zuid-Spanje nog niet, maar we willen het graag .................
A
openmaken
B
ontdekken
C
oppassen
D
controleren

Slide 11 - Quiz

De boze man deelde een ................... klap uit.
A
stevige
B
bang
C
durven
D
zomaar

Slide 12 - Quiz




Aanwijzende voornaamwoorden


Slide 13 - Slide

de-woorden
het-woorden
dichtbij enkelvoud:
deze pen
dichtbij meervoud:
deze pennen
dichtbij enkelvoud:
dit boek
dichtbij meervoud:
deze boeken
ver weg enkelvoud:
die pen
ver weg meervoud:
die pennen
ver weg enkelvoud:
dat boek
ver weg meervoud:
die boeken

Slide 14 - Slide

Zie je .................... tafel? (ver weg)

Slide 15 - Open question

Zie je ................... boek? (dichtbij)

Slide 16 - Open question

Zie je ................... blikjes? (ver weg)

Slide 17 - Open question

Zie je ...................... kind? (ver weg)

Slide 18 - Open question

Zie je .................... huis? (dichtbij)

Slide 19 - Open question

Zie je ..................... pennen? (dichtbij)

Slide 20 - Open question

Zie je ................... fietsje? (ver weg)

Slide 21 - Open question

Zie je .................... bomen? (ver weg)

Slide 22 - Open question

Op 5 december, het is interessant
Dan is het feest in Nederland
We vieren 't feest van Sinterklaas
Met marsepein en speculaas

Sint geeft cadeaus met een gedicht
Je leest ze voor, dat is verplicht
Soms krijg je er ook een surpise bij
Dat maakt de mensen helemaal blij

Slide 23 - Slide



Rijmwoorden

Slide 24 - Slide

Wat rijmt er op "maan"?
A
aan
B
banaan
C
naam
D
manen

Slide 25 - Quiz

Wat rijmt er op "geloven"?
A
geloofd
B
mogen
C
botten
D
boven

Slide 26 - Quiz

Wat rijmt er op "Sinterklaas"?
A
klaar
B
bazen
C
oude kaas
D
te laat

Slide 27 - Quiz

Wat rijmt er op "zussen"?
A
ondertussen
B
de buren
C
poezen
D
tulpen

Slide 28 - Quiz

Wat rijmt er op "meteen"?
A
benen
B
geen
C
klein
D
genen

Slide 29 - Quiz

Wat rijmt er op "les"?

Slide 30 - Mind map

Wat rijmt er op "cadeau"?

Slide 31 - Mind map

Wat rijmt er op "het boek"?

Slide 32 - Mind map

Lieve cursisten

Jullie maken hier een nieuwe start
En studeren iedere week heel hard
................................................................... .............
................................................................... ..............

Groeten van Sinterklaas

Slide 33 - Slide

de laatste twee regels van
het sinterklaasgedicht

Slide 34 - Mind map

Wat is dit?

Slide 35 - Open question