Thema 5: BS 2: chromosomen

volgende week pw thema 4
->stel je vragen vrijdag
1 / 31
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

volgende week pw thema 4
->stel je vragen vrijdag

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Thema 5 Erfelijkheid en evolutie
BS 2 Chromosomen

Slide 3 - Slide

Het fenotype van een organisme ligt vast op het moment van bevruchting.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

Een stukje DNA bevat de volgende stikstofbasen: TTGCA. Wat staat er op de andere, complementaire, streng DNA?

Slide 5 - Open question

Wordt deze eigenschap bepaald door het  genotype / fenotype of door beiden?
GENOTYPE
FENOTYPE
Zowel fenotype als genotype
Iemands
lengte
Iemands
bloedgroep
Iemands bruine ogen
Iemands nieuwe haarkleur
Iemands hoge cholesterol-gehalte

Slide 6 - Drag question

Lactase is een enzym dat lactose kan verteren. Het stukje DNA dat de informatie bevat voor dit enzym het het LCT-gen. In de celkernen van welke cellen is dit gen te vinden?
A
Dunne darm
B
Huid
C
Alvleesklier
D
Alle cellen

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

BS 2 Chromosomen

Slide 12 - Slide

Leerdoelen
je kunt uitleggen hoeveel chromosomen er in een lichaamscel zitten.
 Je kunt uitleggen hoe elk van de ouders 50% van de chromosomen levert.
Je kunt uitleggen dat bij mensen het geslacht wordt bepaald door de geslachtschromosomen.
Je kunt uitleggen hoe door geslachtelijke voortplanting variatie in genotypen ontstaat.

Slide 13 - Slide

Chromosomen paren
  • 23 paren.
  • 1 van vader, 1 van moeder. 
  • 46 chromosomen.
  • Elk paar dezelfde genen soms andere informatie (blauwe/ bruine ogen).
Karyogram:

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Syndroom van Klinefelter

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Variatie genen
  • In geslachtscellen geen paren. 
  • 1 chromosoom per paar doorgegeven.
  • Meiose: celdeling van geslachtscellen waarbij chromosomen verdeeld worden. 
  • 2^n mogelijkheden

Slide 18 - Slide

Crossing over

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Slide

Variatie in genotype
  • Door geslachtelijke voortplanting.
  • Vader 1/2 en moeder 1/2 chromosomen.
  • Deel dat vader en moeder doorgeven elke keer anders.
  • Toeval!

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Beredeneer of bereken;
Hoeveel procent van jouw chromosomen zijn (ongeveer) hetzelfde als:
-een van je ouders
-je broer of zus
-je opa
-je neef/nicht

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Waardoor wordt bepaald of iemand een jongen of een meisje wordt?
A
Doordat de moeder een X of Y chromosoom doorgeeft.
B
Doordat de vader een X of Y chromosoom doorgeeft.
C
Dat kiezen ouder voor de geboorte.
D
Dat is niet bekend.

Slide 28 - Quiz

Leerdoelen
je kunt uitleggen hoeveel chromosomen er in een lichaamscel zitten.
 Je kunt uitleggen hoe elk van de ouders 50% van de chromosomen levert.
Je kunt uitleggen dat bij mensen het geslacht wordt bepaald door de geslachtschromosomen.
Je kunt uitleggen hoe door geslachtelijke voortplanting variatie in genotypen ontstaat.

Slide 29 - Slide

Aan de slag
-Afsluiting; opdracht 1 + 2
-Opdrachten 5.2

Slide 30 - Slide

https://schooltv.nl/video-item/van-dna-tot-z-in-de-klas-eeuwig-jong

Slide 31 - Slide