Les 5 (Week 12, 27/03)

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

1HV1 Première leçon

Les objectifs :

• Ik snap de regels van het delend lidwoord.
• Ik kan 2 verschillende vormen van get delend lidwoord noemen.

Le programme :

• Au travail: ex. 15a + uitleg + 15cd p.22-23
• Slimtampen bron D

Jeudi 27 mars

Chapitre 5 - deel D p.23

Vertaal de zinnen en probeer het verschil uit te leggen.

 

+ vidéo uitleg 15b

15a

Wat zijn de delende lidwoorden?

1. le / la / l' / les
2. un / une / des
3. du / de la / de l' / des

Een delend lidwoord gebruik je

1. zowel in het Nederlands als in het Frans
2. alleen in het Nederlands
3. alleen in het Frans.
4. bij uitzonderingen in het Frans

Wat gebeurt er met het delend lidwoord voor:
een woord met een klinker of stomme h?

1. geen idee
2. er verandert niets
3. delend lidwoord verandert in de / d'
4. delend lidwoord verandert in le/la/l'/les

Wat gebeurt er met het delend lidwoord na:
een woord van hoeveelheid?

1. geen idee
2. er verandert niets
3. delend lidwoord verandert in de / d'
4. delend lidwoord verandert in le/la/l'/les

Chapitre 5 - deel D p.23-24

C - Kies: in de tweede zin zie je of de zin masculin (mannelijk) of féminin (vrouwelijk) is.

 

D - Kijk naar de platjes: ze zijn voorbeelden van een petit-déjeuner, déjeuner (lunch) en dîner en France. Et toi,

wat drink je en wat eet je? Vul de zinnen in.

Klaar? Maak de slimstamp van bron A,B,C op je computer.

15cd

Chapitre 5 - ex. 10 p.18

10a

Les réponses (de antwoorden)

signaalwoorden: c'est pourquoi, depuis, donc, car, d'abord

Voorbeld zinnen:

1. Plus tard, je veux devenir (worden) cuisinier.

2. C'est un métier (een beroep) difficile.

3. Mon frère est jeune (jong) il a 10 ans.

 

10b

Les devoirs pour vendredi 28 mars

Apprendre bron A,B,D van chapitre 5