Euripides was de jongste en minst religieus. Goden spelen nauwelijks een rol. Aardse zaken des te meer. Keuze en eigen wil nu van belang, niet het lot dat goden bepalen.
Theaterfestivals duurden 3 dagen, ter eren van God Dyonisos. Tragedies werden afgewisseld met een comedie. Tragedie bestond uit 5 bedrijven met een proloog en een epiloog
Theater was voor iedereen. De mythes werden herkend, het toneelstuk was echter nieuw en speciaal voor dit festival geschreven.
Hoe zijn deze stukken overgeleverd denken jullie? Wat zegt dat over de kwaliteit van de overgeleverde toneelstukken?
Slide 5 - Slide
Theater Orange
buitenlucht (gewelfbouw bij Romeinen)
alleen mannen
bloederige scènes d.m.v. bodeverhaal (geen special effects!)
Vaste toneelwetten--> nu ook nog toepasbaar op film, toneel en literatuur.
mythos- overgeleverd verhaal
plot- handeling
hamartia- fout in iemands karakter, misvatting of 'flaw'
deus ex machina
anagnorsis: herkenning/ het 'weten' of 'zien'
peripeteia: omwenteling
catharsis: zieler- l qqqqqqqqqqqqqqqqqqaaaz hn```nnnnnn 11111111111111111111111116666666666666666666einiging
Slide 8 - Slide
Medea
SANDYS
(19e eeuw)
Hoe herkennen wij MEDEA?
Argonautenschip
Colchos--> vreemd land
attributen van tovenares
bloedkoralen
fatale blik
Slide 9 - Slide
https:
Slide 10 - Link
Richard III, kunstenaar onbekend
Koning van Engeland van 1483- 1458
Richard was betrokken bij de strijd tussen de huizen Lancaster en York (beide takken van de dynastie van de Plantagenets) die bekendstaat als de Rozenoorlogen.
Slide 11 - Slide
Opdracht in schrift
Bekijk de drie fragmenten en beantwoord de vraag:
- Hoe zijn de voorstellingen aangepast aan de moderne tijd?
- Aan welke machthebbers doen deze Richards jou denken?
- Welke voorstelling heeft jouw voorkeur? Waarom?
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
https:
Slide 14 - Link
Slide 15 - Video
Richard III, ORKATER 2011
met songteksten van Tom Waits
link Clockwork Orange, Stanley Kubrick
'gang'\ slang\ kistjes (skinheads/ punkers) en schotse rokken
de vormgeving linkt aan subculturen uit de jaren '80
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Slide 18 - Video
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Hotel Modern KAMP
a. welk effect heeft de theatervormgeving op de beleving van het publiek?
b. Zoek twee filmfragmenten van een film over concentratiekamp. Titel? Hebben deze fragmenten een ander effect op het publiek? Welke? Waarom?
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Video
Afsluiting: wat heb je geleerd?
Je krijgt een kaartje: Schrijf daarop 3 dingen die je deze les hebt geleerd. (2 minuten)
Geef terug aan docent in bak
Bespreken
Slide 23 - Slide
GOEDEMiddag!
TAS UITPAKKEN EN OP GROND EN TELEFOON IN TAS
GRAAG METEEN VOLGENS PLATTEGROND
LP COVER CIJFER NU, OPSTEL VANMIDDAG, TERUG IN VOLGENDE LES EIND NOVEMBER
Slide 24 - Slide
Tijdens de les: steeds in de gaten houden
antwoord/ eigen mening formuleren met behulp van theatrale begrippen: specifiek taalgebruik maakt een tekst prikkelend en fijn om te lezen, maar laat ook zien dat je goed gekeken hebt en oog hebt voor detail.
Toepassen van 5 W's: wie, wat, wanneer, waarom, waarmee
reflecteren: het kritisch beschouwen van je eigen voelen, denken en handelen. Je gaat ervan uit dat de lezer van niets weet, je antwoord roept geen vragen meer op.
begrippen theater: opstellen van een lijst begrippen voor de recensie
Eindopdracht van het blok theater is het schrijven van een recensie naar aanleiding van een digitaal bezoek aan de Weg van Eddy Bellegueule. De vereisten hiervan zullen jullie volgende week horen. Het is belangrijk dat je werkt aan het kritisch kijken en formuleren.
Slide 25 - Slide
Doel van deze les
leren antwoord of mening heel precies te formuleren met behulp van begrippen en 5 w's: Wie, wat, wanneer, waarom, waarmee (HOE)
reflecteren, het kritisch beschouwen van je eigen voelen, denken en handelen
toepassen dimensie Feit en Fictie op Medea, Richard III en KAMP
herkennen vijf toneelstijlen
antwoord kunnen geven op de vraag: "Wat is theater"
toepassen toneelstijlen en kenmerken d.m.v. lezen hoofdstuk 20 en maken opdrachten 3, 4, 5, 6.
kritisch kijken en formuleren
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Video
Opdracht 3
Lezen kenmerk lichaam: mimiek, houding, beweging.
We bekijken trailer van Staal. In deze voorstelling spreken de spelers het publiek vaak direct aan. Het wordt wel het openbreken van de vierde wand genoemd. Welk effect heeft dit op het publiek?
Slide 28 - Slide
opheffen vierde wand
intiem spel
dicht op huid van acteur
publiek wordt bij handeling betrokken, medeplichtig...
vervreemdende aspecten mogelijk, uit het verhaal gehaald
--> de handeling speelt zich 'tussen vier muren af', de spelers 'zien het publiek niet': zorgt voor zo realistisch mogelijk spel
Slide 29 - Slide
Opdracht 4
Wat voegt de locatie die Broeder koos toe aan de beleving van de voorstelling?
Kun je zelf een locatie bedenken waar een voorstelling goed tot zijn recht zou komen?
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Video
Opdracht 5: Spiegel
Lezen kenmerk Theatervormgeving:
Welke associaties roept dit fragment bij jou op?
Waar denk je dat dit theaterstuk over gaat?
Maak een lijstje en schrijf op wat er allemaal in je hoofd opkomt.
Slide 32 - Slide
Huiswerk:
Je schrijft een mini-dialoog tussen twee personages. Let daarbij op spanning en interactie:
Een kritieke gedachte opschrijven. De kritiek koppelen aan een personage. Als x x zegt, en y y is er al een klein drama.
Slide 33 - Slide
Hemel, Helena van der Meulen 2012
Slide 34 - Slide
GOEDEMIDDAG!
DE TOETSCIJFERS KUNNEN PAS WORDEN TERUGGEGEVEN ALS IEDEREEn HET HEEFT NAGEKEKEN EN GEMAAKT. VOLGENDE WEEK WORDT HET BESPROKEN! Vervelend, maar nog even geduld.
Degenen die moeten inhalen maken met mij een afspraak na de les.
TAS UITPAKKEN EN OP GROND EN TELEFOON IN TAS
GRAAG METEEN VOLGENS PLATTEGROND
Slide 35 - Slide
Tijdens de les: steeds in de gaten houden
antwoord/ eigen mening formuleren met behulp van theatrale begrippen: specifiek taalgebruik maakt een tekst prikkelend en fijn om te lezen, maar laat ook zien dat je goed gekeken hebt en oog hebt voor detail.
Toepassen van 5 W's: wie, wat, wanneer, waarom, waarmee
reflecteren: het kritisch beschouwen van je eigen voelen, denken en handelen. Je gaat ervan uit dat de lezer van niets weet, je antwoord roept geen vragen meer op.
begrippen theater: opstellen van een lijst begrippen voor de recensie
Eindopdracht van het blok theater is het schrijven van een recensie naar aanleiding van een digitaal bezoek aan de Weg van Eddy Bellegueule. De vereisten hiervan zullen jullie volgende week horen. Het is belangrijk dat je werkt aan het kritisch kijken en formuleren.
Slide 36 - Slide
Wat gaan we doen? 3 keuzes
Toneelstijlen herkennen. Hoofdstuk 20
iedereen maakt een keuze tussen de 3 opdrachten en gaat aan de slag:
Maken opdracht 9 sketch
10 wervingstekst voor zelfbedachte voorstelling
Ook mag je verder gaan met je dialoog. Gebruik daarvoor de lesbrief om het helemaal goed uit te werken tot een mini-toneelstukje
Volgende week presentatie. Dit goed voorbereiden is het huiswerk.
Slide 37 - Slide
Slide 38 - Video
Afsluiting
Wat is theater?
Welke toneelstijlen kun je onderscheiden?
Wat heb je geleerd deze les?
Lukt het je steeds beter om kritisch te kijken en te reflecteren op wat je ziet?
Denk eraan: volgende week presentatie van je keuzeopdracht. De klas oefent dan met recensie schrijven.