This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Inspraak
Verkiezingen
Slide 1 - Slide
Doelen
Je leert:
Wat stemmen tijdens verkiezingen inhoudt.
Wat een politieke partij is.
Verkiezing van de gemeente
Verkiezing van de provincie
Verkiezing van het land
Verkiezing van de Europese Unie
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Politieke partij
Een organisatie
Zelfde ideeën
Linkse partij
Gelijkheid! Overheid moet burgers zoveel mogelijk beschermen.
Rechtse partij
Vrijheid! Overheid moet zo min mogelijk bemoeien met burgers.
Slide 4 - Slide
Verkiezingen
- Tijdens verkiezingen zetten politieke partijen kandidaten op de kieslijst waarop je kunt stemmen.
- Je mag stemmen als je 18 jaar of ouder bent.
Slide 5 - Slide
Nederlanders stemmen voor...
Gemeente
Provinciale Staten (Provincie)
Tweede Kamer
Europese Unie
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
De Gemeente
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Hoe heten de mensen die in de gemeenteraad zitten?
A
Gemeenteleden
B
Raadsleden
C
Wethouders
D
Burgers
Slide 10 - Quiz
Het aantal raadsleden in de gemeenteraad is afhankelijk van het aantal inwoners. Hoe groot is het aantal in de kleinste gemeenteraad van Nederland?
A
4
B
12
C
15
D
9
Slide 11 - Quiz
Wie voert het beleid uit dat door de gemeenteraad is bedacht?
A
Burgemeester
B
2e Kamer
C
Wethouders
D
Ministers
Slide 12 - Quiz
Hoeveel verdient een gemeenteraadslid ongeveer bij de gemeente?
A
Niets
B
Een paar honderd euro
C
Een gemiddeld salaris
D
Een bovengemiddeld salaris
Slide 13 - Quiz
Aan de gemeenteraadsverkiezingen mogen alleen partijen meedoen die ook in de 2e kamer zitten.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quiz
De provincie
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
Hoeveel provincies heeft Nederland?
A
10
B
11
C
12
D
13
Slide 17 - Quiz
Hoe vaak wordt er gekozen voor de provinciale staten?
A
Elke 2 jaar
B
Elke 4 jaar
C
Elke 6 jaar
D
Elke 8 jaar
Slide 18 - Quiz
Hoe vaak komen de provinciale staten bij elkaar?
A
Een keer per dag
B
Een keer per week
C
Een keer per maand
D
Een keer per jaar
Slide 19 - Quiz
Wat is de belangrijkste staatsrechtelijke taak van de provinciale staten?
A
Ze kiezen de leden van de tweede kamer.
B
Ze kiezen de leden van de gemeenteraad.
C
Ze kiezen de leden van de eerst kamer.
D
Ze kiezen de leden van de provinciale staten.
Slide 20 - Quiz
Het land
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Video
Hoeveel stoelen (zetels) zijn er in de 2e kamer?
A
76
B
100
C
125
D
150
Slide 23 - Quiz
Wanneer wordt een plan of wet goedgekeurd in Nederland?
A
Als alle partijen het ermee eens zijn.
B
Als de regeringspartijen het ermee eens zijn.
C
Als minder dan de helft van de kamer het ermee eens is.
D
Als meer dan de helft van de kamer het ermee eens is.
Slide 24 - Quiz
Hoe oud moet je zijn om de mogen stemmen?
A
16
B
18
C
20
D
21
Slide 25 - Quiz
Tweede Kamer
150 zetels
Meer zetels, meer macht
Samenwerken met andere partijen
Slide 26 - Slide
Je mag stemmen als...
... je 18 jaar bent.
... je Nederlandse ID hebt.
Slide 27 - Slide
De Europese Unie
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Video
Wat is het grootste land in het Europese parlement
A
Duitsland
B
Frankrijk
C
Nederland
D
Spanje
Slide 30 - Quiz
Hoeveel parlementsleden heeft Nederland?
A
6
B
26
C
83
D
145
Slide 31 - Quiz
Welke landen hebben meer invloed op de besluitvorming?
A
Kleine landen
B
Grote landen
Slide 32 - Quiz
Welk land heeft gekozen om uit de Europese Unie te gaan?
A
Nederland
B
Frankrijk
C
Malta
D
Groot Brittannië (Engeland)
Slide 33 - Quiz
Hebben Nederlanders veel vertrouwen in de Europese Unie
A
Ja
B
Nee
C
Op sommige gebieden wel op andere niet.
Slide 34 - Quiz
Zosja
Ik wil dat er gezond eten wordt gekocht in de kantine.
Tony
Ik wil dat het schoolplein opgeknapt wordt.
Frank
Ik wil dat er vaker een schoolfeest is.
Marissa
Ik wil dat er nieuwe computers komen op school.
Op welke leerling zou jij stemmen?
A
Zosja
B
Frank
C
Tony
D
Marissa
Slide 35 - Quiz
Wat zou jij op school willen veranderen? Leg je antwoord uit.
Slide 36 - Open question
Er wordt op school gestemd over jouw idee. Hoe zorg je ervoor dat je zoveel mogelijk stemmen krijgt?
Slide 37 - Open question
Jonge mensen vinden politiek vaak saai. Bedenk een manier waardoor de politiek ook voor jongeren interessant kan worden.
Slide 38 - Open question
Ben jij het vooral eens met groep A of B? Leg je antwoord uit
Slide 39 - Open question
Open Wikipedia in een ander tabblad.
Zoek hier de informatie die je nodig hebt om de volgende vragen te beantwoorden.
Slide 40 - Slide
Zoek op internet de volgende informatie: a) Wat de naam van deze partij voluit? b) Wat is de naam van de partijleider? c) Wanneer is de partij opgericht. d) Hoeveel zetels heeft de partij in de 2e kamer?
Slide 41 - Open question
Zoek op internet de volgende informatie: a) Wat de naam van deze partij voluit? b) Wat is de naam van de partijleider? c) Wanneer is de partij opgericht? d) Hoeveel zetels heeft de partij in de 2e kamer?
Slide 42 - Open question
Zoek op internet de volgende informatie: a) Wat de naam van deze partij voluit? b) Wat is de naam van de partijleider? c) Wanneer is de partij opgericht? d) Hoeveel zetels heeft de partij in de 2e kamer?
Slide 43 - Open question
Zoek op internet de volgende informatie: a) Wat de naam van deze partij voluit? b) Wat is de naam van de partijleider? c) Wanneer is de partij opgericht? d) Hoeveel zetels heeft de partij in de 2e kamer?
Slide 44 - Open question
Zoek op internet de volgende informatie: a) Wat de naam van deze partij voluit? b) Wat is de naam van de partijleider? c) Wanneer is de partij opgericht? d) Hoeveel zetels heeft de partij in de 2e kamer?
Slide 45 - Open question
Zoek op internet de volgende informatie: a) Wat de naam van deze partij voluit? b) Wat is de naam van de partijleider? c) Wanneer is de partij opgericht? d) Hoeveel zetels heeft de partij in de 2e kamer?