Entree beoordelen + Examenopdrachten / kallibreren

Studiedag entree 
1 / 14
next
Slide 1: Slide
VoedingMBOStudiejaar 1,4

This lesson contains 14 slides, with text slides.

Items in this lesson

Studiedag entree 

Slide 1 - Slide

Onderwerpen 
  • Een deskundige beoordelaar. 
  • Examensetting 
  • Proces van beoordelen
  • "Wakker methode" 

Slide 2 - Slide

Een "deskundige" beoordelaar. 
  • Beoordeelt of gedrag toereikend is. 
  • Legt bevindigen en eindoordeel vast in een rapportage. 
-------------------------------------------------
Wanneer is een beoordelaar deskundig?
  • Beschikt over voldoende vakkennis. 
  • Heeft inlevingsvermogen van wat je van een entree student kunt verwachten. 
  • Heeft kennis van de "wakker" methode.
  • Kan "deskundig" een beoordelingsformulier invullen. 

Slide 3 - Slide

Examensetting
  • Er heerst een rustige examensetting. 
  • Beschikbare middelen, materialen, gasten en omstandigheden om de werkzaamheden uit te voeren.  Norm: "Iedere student een gelijkwaardige examensetting" 
  • Rol afnameleider: Een student mag tijdens het examen iets vragen aan een leidinggevende, juiste examensetting, instructiebeoordelaars, controle beoordelingsformulieren.
  • De beoordelaars wordt bij voorkeur uitgevoerd door twee onafhankelijke beoordelaars.  De beoordelaars geven geen aanwijzingen tijdens het examen. 
  • Studenten zijn voorzien van een duidelijke  examennummer. 
  • Er is een duidelijke tijdspad. 
  • Een student krijgt de juiste aangepaste examinering.
 

Slide 4 - Slide

Instructie beoordelaars 
  • Geen aanwijzingen geven tijdens het examen.
  • Observeer en maak "feitelijke" aantekeningen.
  • Bij een resultaat onvoldoende en goed is een toelichtingverplicht. 
  • Kritische criteria moeten altijd voldoende zijn.
  • Beoordelaar moet zicht hebben op kwaliteitseisen. 

Slide 5 - Slide

Praktijkproeve "betrouwbaarheid en validiteit"
Assistent dienstverlening en zorg crebo 25251
  • B1-K1 Werkt als assistent in een arbeidsorganisatie
  • P2-K1 Voert ondersteunende werkzaamheden uit. 
Examenopdrachten:
Gasten ontvangen , Achter de balie werken , Assisteren bij een vergadering, Een ruimte schoonmaken 

Assistent Horeca. voeding en voedingsindustrie 25252
  • B1-K1 Werkt als assistent in een arbeidsorganisatie
  • P7-K1 Voert ondersteunende werkzaamheden uit
Examenopdrachten 
Assistent Horeca (v. Tomatensoep, Clubsanwich, aardappelsalade) 
Assistsent banket (koekjes) - Assistent brood (-------) 


Slide 6 - Slide

Betrouwbaarheid en validiteit

  • Eenduidig inzetten van examenopdrachten. 
  • Juiste examensetting 
  • Kallibreren met collega's 

Slide 7 - Slide

WAKKER methode 
Stap 1: Waarnemen : nauwkeurig observeren gedrag op de werkvloer, zonder een interpretatie
Stap 2: Aantekeningen maken: Duidelijk waarneembaar gedrag noteren. 
Stap 3: Klassifiseren: vertalen van de gedane observatie naar werkprocessen
Stap 4: Aantal en waardeoordeel bepalen. (O-V-G bepalen).
Stap 5: Evalueren: Overleggen met medebeoordelaar en conclussies trekken. 
Stap 6: Rapporteren: Feedback geven naar de student. 

Slide 8 - Slide

Waarnemen en Aantekeningen maken  
  • Observeer gedrag.
  • Noteer feiten. 
  • Beschrijf positief  en negatief gedrag.  
  • Schrijf geen mening op. 
  • Gedragcriteria, productcriteria en Kritisch criteria. 

Slide 9 - Slide

Waarneembare observatie 
Wortel is niet gelijkmatig gesneden
kleding is vuil
Gast wordt niet welkom geheten. 
Aardappels zijn goed geschilt
  
Meningen
Student werkt snel.
Student werkt nauwkeurig
Lekker bezig 
Mooie producten
Afwerking is niet goed. 
Student werkt niet hygienisch 

Slide 10 - Slide

Klassifiseren - Kwantifiseren 
  • Vertalen van observatie naar werkproces.
  • Waarde oordeel geven aan observatie. 

-------------------------------------------------
De beoordelaar moet zich er bewust van zijn dat je hier de O-V-G wordt bepaald. 
  • * Kritische beoordelings wegen zwaar. 
  • Alles op een 1 zetten betekend dat de student een "goed" haald.
  • De beoordelaar heeft inzicht in de kwaliteitseisen.  

Slide 11 - Slide

Kwaliteiteisen 
Vooraf van een examen stemmen beoordelaars af wat zij per criteria willen zien. (kallibreren) 
  • Bepaal wanneer je een 0 score of 1 score haald. 
  • "Bepaal het verschil tussen een voldoende en een goed"

Slide 12 - Slide

Evalueren en rapporteren 
  • Punten overnemen bij juiste werkproces. 
  • Controle op kritische criteria.  O-V 
  • Onderbouw je verslag bij een onvoldoende en een goed. (nieuw)
  • Vul het examenformulier compleet in (geen lege velden) 
  • Eindoordeel is O-V-G (geen cijfer) 
  • Voorkom onnodige teksten of penstrepen.
  • Controleer direct na het invullen of het beoordelingsformulier "deskundig" is ingevuld. 

Speerpunt TEC. 
Niet deskundig ingevulde beoordelingsformulieren moet opnieuw ingevuld worden. 

Slide 13 - Slide

Kallibreren 
  • Welke eisen stellen we aan een examenruimte? 
  • Welke eisen stellen we aan "eenduidig beoordelen". 

Slide 14 - Slide