13 december - dialoog met woorden

 Dialoog met woorden
Doel van deze les:



Je voert een gesprek met 'losse' woorden die op een kaartje staan.
Je kunt goede Nederlandse zinnen maken.

1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsISK

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

 Dialoog met woorden
Doel van deze les:



Je voert een gesprek met 'losse' woorden die op een kaartje staan.
Je kunt goede Nederlandse zinnen maken.

Slide 1 - Slide

Waar praat je over?
Op de strookjes staan woorden van thema's:

 familie - kleding  - tegenstellingen
bezitwoorden - voegwoorden

Slide 2 - Slide

Uitleg van de opdracht
Je werkt in een tweetal. 


Je verdeelt de strookjes met woorden. Ieder heeft 10 strookjes.

Kind A kiest 1 woord en bedenkt een zin -> leg dat woord neer.
Kind B kiest een woord en vertelt verder -> leg het woord op tafel.
Kind A kiest weer een nieuw woord en vertelt verder enz.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Afsluiten van de opdracht
Je hebt alle woorden op volgorde neergelegd.
Vertel het verhaal dan nog een keer. 





Slide 5 - Slide

Terugblik op de les
- wat ging goed?
- voorbeeld laten horen.

- wat was moeilijk?
- waarom?

Slide 6 - Slide

Wat was moeilijk?

Slide 7 - Open question

Wat ging goed?

Slide 8 - Open question

Waar ben je trots op?

Slide 9 - Open question

Verschillende feesten!

Slide 10 - Drag question

Wat is de tegenstelling?
dun
boven
schoon
vol
laag

Slide 11 - Drag question