Les 3 MM11

Middle 
Management-11
1 / 35
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 3

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Middle 
Management-11

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Middle Management-11
Boek: Samenwerken binnen teams:

  • Hoofdstuk 5: Conflict oplossen
  • Motivatoren

Slide 3 - Slide

Hoofdstuk 5: Conflicten Oplossen

Slide 4 - Slide

Wat ga je leren:
  • Wat een conflict is.
  • Signalen die op een conflict duiden.
  • Hoe een conflict escaleert.
  • Natuurlijke en effectieve reacties    op een conflict.
  • Conflicten oplossen in zes     stappen.
  • Motivatoren

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Wat is een conflict?
We spreken van een conflict indien er sprake is van een situatie waarin twee of meerdere partijen verschillen van mening, gevoelens of behoeften, en geen van de partijen bereid is de ander tegemoet te komen.

Slide 7 - Slide

Signalen die op een conflict duiden
  • Teamleden geven hun commentaar en opmerkingen op een emotionele     manier.
  • Teamleden vallen anderen aan op hun ideeën voordat ze goed en wel zijn   uitgesproken.
  • Teamleden verwijten elkaar niet door te hebben waar het nou echt om   draait.
  • Teamleden kiezen partij en weigeren water bij de wijn te doen.
  • Teamleden vallen elkaar op een subtiele manier persoonlijk aan. 

Slide 8 - Slide

Hoe escaleert een conflict?
  1. Conflicthandelingen:                                                                                                             - Teamleden komen terecht in een welles/nietjes spelletje.                               - Ze willen liever 'winnen' dan het probleem oplossen.
  2. Stellingen innemen:                                                                                                               - Teamleden zien er de zin niet van in gezamenlijke doelen te bereiken.       - Ze graven zich verder in en beperken communicatie en wederzijds                contact.
  3. Emotionel betrokkenheid:                                                                                                   - Teamleden raken emotioneel bij hun standpunt betrokken.

Slide 9 - Slide

Hoe kunt u reageren op een conflict?
Natuurlijke reacties:
  • Agressieve confrontatie
  • Strategische manoeuvres
  • Voortdurend uitstellen
  • Vluchtgedrag

Slide 10 - Slide

Hoe kunt u reageren op een conflict?
Effectieve reacties:
  • Direct en energiek de problemen te lijf gaan.
  • Niet emotioneel reageren; een bewuste poging doen om op een rationele manier te reageren.

Slide 11 - Slide

0

Slide 12 - Video

Welke soorten reacties herken je bij de video?

Slide 13 - Open question

Een klasgenoot, waarmee je een
project samen doet, doet helemaal niets. Hoe reageer je hierop?

Slide 14 - Open question

Jouw beste vriend heeft ruzie met
een andere klasgenoot. Jij hebt niets met de situatie te maken. Hoe reageer je hierop?

Slide 15 - Open question

Wat is voor jou een goede
manier om jezelf te kalmeren?

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Video

conflict oplossen:
hoe doe jij dat?

Slide 18 - Mind map

Conflicten oplossen in zes stappen
Zorg voor conflicthantering in een vroeg stadium.
  1. Geef toe dat er een conflict is.
  2. Ga na wat het 'echte' conflict is.
  3. Luister naar alle standpunten.
  4. Zoek samen naat manieren om het conflict op te lossen.


Slide 19 - Slide

Conflicten oplossen in zes stappen
5. Bereik overeenstemming over en neem verantwoordelijkheid voor een oplossing.
6. Plan een vervolgbijeenkomst om de oplossing opnieuw te bekijken

Slide 20 - Slide

Motivatoren
Ook wel: satisfiers. Door de aanwezigheid van motivatoren zullen medewerkers beter presteren.

Slide 21 - Slide

MOTIVATOREN
Financiële/tastbare beloningen
  • Loonsverhoging
  • Betaling per stuk/project
  • Bonussen/commissie
  • Bedrijfsaandelen
  • Winstdeling
  • Prijzen, cadeaus
  • Attenties (mok, shirt) 

Slide 22 - Slide

MOTIVATOREN
Financiële/tastbare beloningen
  • Emolumenten (auto van de zaak, betaalde lunches)
  • Bedrijfsdonatie aan een goed doel
  • Betaalde reizen
  • Aanbevelingsbrief

Slide 23 - Slide

MOTIVATOREN
Status
  • Nieuwe titel
  • Promotie
  • Groter werkterrein
  • Kantoor met meer privacy
  • Meer ondergeschikten
  • Meer of nieuwere spullen
  • Statussymbolen  

Slide 24 - Slide

MOTIVATOREN
Status
  • Uitnodigingen voor vergaderingen 'op hoog niveau'
  • Toegang tot vertrouwelijke informatie 

Slide 25 - Slide

MOTIVATOREN
Verantwoordelijkheden
  • Lof
  • Toekenning van belangrijke taken
  • Taakverbreding
  • Taakverrijking
  • Vrijstelling van routine en/of vervelende taken 

Slide 26 - Slide

MOTIVATOREN
Verantwoordelijkheden
  • Meer verschillende taken
  • Samenwerken met zelfgekozen partners
  •  Mogelijkheden voor bijscholing
  • Mogelijkheid om zelfgekozen taken uit te voeren
  • Toewijzing van 'interimtaken'
  • Erebaantjes en aantrekkelijke kansen

Slide 27 - Slide

MOTIVATOREN
Beleid/Procedures
  • Vrijstelling van de prikklok
  • Vrijstelling van sommige regels
  • Vrijstelling van ontslagdreiging, salarisverlies of proeftijd 

Slide 28 - Slide

MOTIVATOREN
Persoonlijke Privileges
  • Langere of meer pauzes
  • later beginnen
  • vroeger weggaan
  • Betaald of onbetaald verlof
  • Speciale privileges (privetelefoon, reizen, eigen parkeerplaats)
  • Toewijzing van speciale taken 

Slide 29 - Slide

MOTIVATOREN
Werkomgeving
  • Mooier kantoor
  • Betere verlichting
  • Minder lawaaierige plek
  • Overplaatsing weg van ongewenste collega of chef
  • Warmere (of koelere) werkplek
  • Meer/minder geisoleerd van collega's 

Slide 30 - Slide

MOTIVATOREN
Werkomgeving
  • Meer arbeidszekerheid
  • Veiliger werkplek 

Slide 31 - Slide

MOTIVATOREN
Sociale Activiteiten
  • Met collega's praten
  • Groepslunches
  • Bedrijfsfeesten of -uitjes
  • Mogelijkheden voor sociale omgang met hoger management 

Slide 32 - Slide

MOTIVATOREN
Invloed
  • Hoger geplaatsten kunnen aanspreken op hun autoriteit
  • Grotere rol in besluitvorming
  • Mogelijkheid om mee te praten over doelen, taken of prioriteiten
  • Meer toegang tot informatie
  • Autonomie; minder op de vingers gekeken worden
  • Duidelijker contacten 

Slide 33 - Slide

MOTIVATOREN
Invloed
  • Publieke erkenning (werknemer van de maand)
  • Mogelijkheid om anderen te trainen
  • Betrokken worden bij vergaderingen; presentaties aan het hoger management
  • Mogelijkheden voor mentoraat aan anderen 

Slide 34 - Slide

EINDE

Slide 35 - Slide